Moedige mannen

Ons vertrouwen op God wordt soms behoorlijk op de proef gesteld. Zeker niet altijd weten we vooraf dat God ons uit een bepaalde situatie zal redden. Juist dan komt het aan op geloof. Om in de diepste duisternis en de grootste nood op Hem te vertrouwen. Ons zonder reserve over te geven aan Hem.

Een prachtig voorbeeld hiervan lezen we in Daniël 3. Koning Nebukadnessar heeft een geweldig groot gouden beeld laten oprichten. Alle belangrijke mensen worden uitgenodigd om het beeld, dat hij heeft opgericht voor zijn goden, te aanbidden. Wie weigert te knielen, zal de dood vinden in een vurige oven.

Wellicht kent u de geschiedenis. De drie vrienden weigeren te knielen en moeten bij de koning komen. Hij geeft hun een soort laatste waarschuwing. Als ze niet voor hem en voor zijn goden knielen, gaan ze onherroepelijk het vuur in. ‘En wie’, voegt hij er dreigend aan toe, ‘is dan de god die u zal kunnen bevrijden?’

Zo heftig zal voor ons de situatie niet snel zijn, maar ook wij kunnen in omstandigheden terechtkomen, dat het er op aan komt. Situaties waarin de eer van God op het spel staat. Vult u zelf maar in. Ook onze tijd kent zijn (af)goden. Knielen wij daarvoor? Misschien wel in onze kerk?

Wij trachten vaak iedereen een beetje te vriend te houden. God een beetje, maar de wereld ook een beetje. We willen immers voorkomen dat de ander negatief over ons en over ons geloof gaat denken. De vrienden van Daniël zijn niet zo bang. Ze vinden het zelfs niet nodig de koning een antwoord te geven. Wel belijden ze in alle duidelijkheid hun geloof in hun God. Het is opmerkelijk dat ze op dat moment niet aangeven dat God hen zeker zal redden. Ze laten het open en geven zich volledig aan Hem over. ‘Als de God Die wij vereren, in staat is ons te bevrijden, zal Hij ons uit de brandende vuuroven en uit uw macht bevrijden; maar zelfs indien niet, weet dan dat wij uw goden niet vereren, noch zullen buigen voor het gouden beeld dat gij hebt opgericht.’

De koning is razend. Hij geeft opdracht het vuur zeven keer heter te maken, waarna Sadrach, Mesach en Abednego gebonden in de oven worden gegooid. Dan schrikt de koning enorm. Hij ziet een vierde man in de oven, terwijl er maar drie zijn ingegooid. En die drie mannen waren gebonden, en nu lopen ze vrij rond. Ze leven en zijn bevrijd! En de koning ziet ook nog dat die vierde man lijkt op een zoon van de goden.

Als we denken aan deze geschiedenis, staat voor ons toch wel centraal de redding van die drie mannen uit de brandende oven. Veel minder realiseren we ons dat ze in groot vertrouwen op God letterlijk de dood ingingen. Ze wisten niet dat God hen zou redden, dat Hij een engel zou sturen om hen te bevrijden. Ze gingen de dood in en ontvingen het leven.

Is dat niet een prachtig beeld van het nieuwe leven dat de Here Jezus ons wil geven? Dat doet soms heel veel pijn. U kunt het gevoel hebben dat u in het vuur bent. Maar ook dan mogen we ons volledig aan Hem overgeven. De uitkomst is dan misschien net zo onzeker als voor de vrienden van Daniël, maar in Zijn handen zijn we veilig.

Er zit ook nog een ander aspect aan deze geschiedenis. Waar zijn in deze tijd de mensen als de vrienden van Daniël, die – door Gods genade – het aandurven om alle zekerheden los te laten en hun vertrouwen voor 100 procent op God te stellen? Laat de uitkomst van dit verhaal u bemoedigen. Zoals Nebukadnessar geraakt werd door wat hij had gezien, zo wil de Here God ook nu, in onze situatie, Zijn zegen geven als wij ons niet schamen voor Hem en voor het Evangelie.

Dirk van Genderen