Een vorige keer schreef ik dat ik extra tijd wilde nemen voor het zoeken van de Here om nieuwe kracht en visie te ontvangen. Want ook al mogen we Hem kennen, dan kunnen we soms zo druk zijn met ons werk voor Hem, dat we te weinig bij Hem zijn, in Zijn nabijheid.
Ik heb me afgevraagd of ik zo nu en dan niet te scherp ben in mijn commentaren. Dat verwijt krijg ik namelijk wel eens. U mag best weten dat mij dat soms pijn doet. Moet ik milder zijn, de zaken meer openlaten, meer begrip hebben voor bepaalde opvattingen?
Ik wil naar mensen luisteren, openstaan voor opbouwende kritiek, maar voor alles wil ik de Here gehoorzamen; zo schrijven en spreken als Hij het wil. En terwijl ik hierover nadacht, kwam Handelingen 4 in mijn gedachten. En met name het 13e vers sprak mij zeer aan.
Daar staat: ‘Toen zij nu de vrijmoedigheid van Petrus en Johannes zagen en bemerkt hadden dat zij ongeletterde en eenvoudige mensen uit het volk waren, verwonderden zij zich en zij herkenden hen, dat zij met Jezus geweest waren.’
Met name die laatste woorden vind ik zo mooi: ‘Zij herkenden hen dat zij met Jezus geweest waren.’ Dit is iets wat je vaker tegenkomt in de Bijbel. Bijvoorbeeld bij Mozes. Wanneer hij bij God op de berg was geweest, of Hem had ontmoet in de tent der samenkomst, kwam er een hemelse glans op zijn gezicht, zodat het volk zag dat hij God had ontmoet.
Ik hoop dat u zich herkent in mijn verlangen, zo met de Here Jezus te leven, met Hem te wandelen, dat anderen herkennen dat we bij Hem zijn geweest en met Hem leven en wandelen.
Terug naar de beginvraag betreffende de inhoud en de toonzetting van de commentaren. Het is mijn diepste wens daarmee de Here te behagen. Ik kan u zeggen dat het niet altijd makkelijk is om die weg te gaan, omdat het in het intermenselijk contact wel eens verleidelijk is om mensen te behagen. Daar zijn we toch allemaal gevoelig voor, dat mensen ons prijzen en goed van ons spreken. Uiteindelijk gaat het er echter om dat de Here eenmaal zal zeggen: ‘Wel gedaan, gij goede en getrouwe slaaf…’ (Matt. 25:14-30). En soms moet je dan een bepaalde boodschap doorgeven, ook al weet je dat die weerstand op zal roepen.
U zegt misschien: jouw kijk op de Bijbel is ook gekleurd. Dat is waar, maar het is wel mijn verlangen om Gods Woord te kennen en serieus te nemen en alles daaraan te toetsen. Daar mag u mij ook op aanspreken. Nu we dichter bij de wederkomst van de Here Jezus komen, wordt dat steeds belangrijker, omdat de satan weet dat hij nog maar een korte tijd heeft en zich daarom des te meer zal inspannen om zo mogelijk de uitverkorenen te verleiden (Matt. 24:24).
In elk commentaar zal bewogenheid moeten doorklinken. Omdat God met ons bewogen is. Als ik ergens nieuwe visie voor heb ontvangen, is het wel hiervoor; om nog meer bewogen met mensen te zijn, vanuit Gods bewogenheid.
Ben ik – om maar iets te noemen – voldoende met ontferming bewogen over struikelende medechristenen, die – in mijn ogen – een zondige weg gaan? Mijn verlangen, mijn gebed is: ‘Geef mij nog meer van Uw genade, Here Jezus, zodat Uw bewogenheid meer zichtbaar, hoorbaar en leesbaar mag worden door mij heen.’
Dirk van Genderen