Bekeer u, bekeer u!

Vorige week schreef ik dat God spreekt door de zware natuurrampen waardoor de wereld wordt getroffen en door de spanningen en opstanden in tal van landen. Hij roept de wereld dringend op tot bekering. Nu kan het nog. Er komt een tijd dat gezegd zal worden: ‘…en zij bekeerden zich niet…’ (Openbaring 9:21).

Juist in crisissituaties wil de Here ingrijpen. De afgelopen week kwam ik hier een aangrijpend voorbeeld van tegen, namelijk wat er is gebeurd in het land Rwanda.
Misschien herinnert u zich nog wel de vreselijke tragedie die Rwanda trof in 1994. De Hutu’s en de Tutsis begonnen elkaar uit te moorden. De wereld keek verbijsterd toe. In honderd dagen tijd werden bijna een miljoen Rwandezen vermoord. Het land bleef achter in totale ontreddering. En sindsdien werd het zwaar gehavende land ook nog getroffen door verscheidene aardbevingen.

Je zou denken: kan het slechter aflopen met een volk? Zal dit het einde betekenen van dit geruïneerde land?
Maar toen de rust weerkeerde, gebeurde er iets ongelooflijks. Er brak een opwekking uit. Er kwamen zoveel mensen tot geloof, dat de meerderheid van de bevolking inmiddels christen is.
’s Morgens om vijf uur komen velen al samen om te bidden en de toestroom naar de kerken is zo enorm, dat de mensen vaak alleen maar kunnen staan.

‘Deze genocide bracht een grote bewustwording van God teweeg,’ gaf evangelist Antoine Rutasiyire enkele jaren geleden aan.
En de Rwandese voorganger Folkenberg schrijft, terugkijkend op het enorme drama: “Ik heb heel veel tijd doorgebracht met God, op m’n knieën, in een poging om te begrijpen hoe het heeft kunnen gebeuren. Ik kwam tot één conclusie: Het Evangelie heeft niet gefaald, het kruis van Christus heeft niet gefaald, de Heilige Geest heeft niet gefaald, maar wij hebben gefaald. U en ik. Wij, voorgangers, hebben gefaald. De christelijke leiders hebben gefaald. Ik ben er diep van overtuigd dat we onze zonden moeten belijden voor de Here.’
En zo begon de opwekking, door de Here gewerkt, in de weg van verootmoediging, in de weg van het belijden van schuld en zonde en het ontvangen van Gods vergeving.

Toen ik dit over Rwanda las, raakte het mij, omdat het laat zien wat alleen God kan doen. Onze wanhoop kan Hij maken tot Zijn overwinning. In dit land, dat totaal verwoest was, openbaart Hij Zijn glorie en heerlijkheid.
Wat een bemoediging! Als wij het niet meer weten, als de nood zo extreem is, dat de toekomst hopeloos lijkt, kan God ingrijpen en een keer ten goede brengen.

Juist nu, nu de aarde wordt getroffen door natuurrampen en volken in opstand komen, hebben kerken, gemeenten, christenen geweldige kansen om de wereld te bereiken met het Evangelie van de Here Jezus Christus. De verkoop van boeken over de eindtijd is de afgelopen weken explosief gestegen, las ik ergens. De Japanse keizer sprak over de ‘hand van God’ in de verschrikkelijke aardbeving en de erna volgende verwoestende tsunami. De media namen zelfs het woord apocalyps in de mond. Velen vermoeden dat er ‘iets’ gaande is, maar weten niet wat.

Zien wij Gods hand in de huidige gebeurtenissen? Ik hoop en bid dat u dit ziet of dat de Here, als het nodig is, uw ogen ervoor opent. Zijn we zo met ontferming over de wereld bewogen, dat het ons diepe verlangen wordt dat nog velen de Here Jezus zullen leren kennen?
En zijn we bereid om door Hem ingeschakeld te worden om het de wereld toe te roepen: ‘Bekeer u en geloof in de Here Jezus. De tijden zijn te ernstig om nu nog rustig door te leven.’

Op allerlei manieren kan de Here ons inschakelen. De één zal mensen en organisaties, die deze boodschap doorgeven, financieel kunnen ondersteunen. Een ander kan voortdurend voor hen in gebed. En weer een ander kan daadwerkelijk hulp verlenen aan mensen in nood. En nog weer een ander verkondigt het Evangelie, op welke manier dan ook.

De wereld moet het weten dat deze rampen niet het definitieve einde betekenen. ‘Ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde’ (Openbaring 21:1).
De wereld moet het horen dat er een God in de hemel is, Die leeft.
De wereld moet het weten dat Jezus Christus spoedig terug zal komen.

Laten we dan de mensen bewegen tot het geloof, zoals 2 Korinthe 5:11 het zegt. En in de verzen 20 en 21 lezen we: ‘Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen. Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem.’

Dirk van Genderen