Meestal zijn we niet zo blij met een woestijnperiode in ons leven. Een tijd waarin de moeilijkheden overheersen, en je soms je pijn, je verdriet, je teleurstelling uitschreeuwt naar God.
Voor de één kan het een tijd van ziekte zijn, voor de ander een ontslag, het overlijden van een geliefde, of vult u maar in.
De woestijnperiode is soms een tijd van geestelijke crisis. Laten we het maar niet mooier maken dan het is. En ook als je het in Gods handen kunt geven, komt de situatie soms nog behoorlijk op je af.
Het bemoedigt mij in de Bijbel te ontdekken dat zo´n woestijnperiode kan passen in Gods plan om mensen te veranderen naar Zijn beeld en sommigen klaar te maken voor nieuwe taken. Lees Hebreeën 12 maar, waar staat dat Hij het kan gebruiken om ons deel te laten krijgen aan Zijn heiligheid (Hebreeën 12:10).
De woestijn is een plaats van verbrokenheid, van getoetst worden en volledig leren vertrouwen op God. Het liefst zouden wij zo snel mogelijk willen wegrennen uit de woestijn, naar Kanaän, het Beloofde Land.
Toch kan een woestijnperiode een geestelijke zegen teweeg brengen. In ons eigen leven, maar door ons heen ook in de levens van anderen.
Misschien vinden we onszelf wel heel belangrijk: ons werk, onze gaven, onze bediening in Gods Koninkrijk of in de samenleving.
Dat kunnen allemaal afgoden geworden zijn, die de plaats van God hebben ingenomen. Al die afgoden wil Hij verwijderen uit ons leven, omdat Hij ons anders niet optimaal kan gebruiken. Daar kan hij een woestijnperiode voor gebruiken.
Denk eens aan de woestijnperiode van Jozef. God gaf hem dromen over zijn toekomstige leiderschap. Maar de weg erheen was een weg van pijn, verraad, verwerping en gevangenschap. In die plaats van eenzaamheid in de gevangenis maakte God hem klaar voor een nieuwe taak.
Ook Mozes bracht vele jaren door in de woestijn. God wilde hem leren dat niet hij het volk kon verlossen. Dat zou God Zelf doen, maar daarvoor wilde hij Mozes wel inschakelen. En omdat Mozes al 40 jaar in de woestijn had doorgebracht, was hij de ideale leider om het volk 40 jaar door de woestijn te leiden.
Johannes de Doper was eveneens vele jaren in de woestijn. Daar maakte God hem klaar om slechts zes maanden in het openbaar op te treden. In die zes maanden liep heel het Joodse volk uit om hem te horen (Marcus 1:4), omdat Hij door God was gezonden…
De Here Jezus Zelf bracht 40 dagen door in de woestijn, waar Hij verzocht werd door de duivel. Het was een tijd van geestelijke strijd. Hij wijst ons de weg wanneer wij in de woestijn zijn en ook verzocht worden door de duivel, met de woorden: ‘Er staat geschreven…’ (Mattheus 4).
God schrikt er niet voor terug om tijd te nemen om aan ons te werken. En soms laat Hij toe dat we daarvoor een tijd in de woestijn moeten doorbrengen.
Mag dit ons aansporen om, wanneer we door de moeilijkheden heengaan, juist dan in Gods tegenwoordigheid te zijn. Ook, en misschien juist dan, wanneer ons aardse huis wordt afgebroken en we weten dat we op de drempel van de eeuwigheid staan.
En ter bemoediging: De Here gaat mee! Hij wil kracht geven en ondersteuning. U dragen en voor u zorgen. Vertrouw op Hem alleen.
Dirk van Genderen