Op de knieën

Gaat u mee op de knieën voor de Heere God? Het is nu noodzakelijker dan ooit om tot Hem te gaan, persoonlijk, maar misschien ook wel in samenkomsten van verootmoediging en gebed. De wereld verkeert in crisis en in diverse kerkelijke gemeenten is het ook crisistijd. Bidt u mee? Juist in deze week, de Week van Gebed, nu in veel kerken en gemeenten – ook interkerkelijk – extra gebedsbijeenkomsten plaatsvinden. ‘Van U alleen is onze verwachting, Heere.’

‘Almachtige God, U komt alle eer, lof en aanbidding toe. We loven en prijzen Uw grote Naam. Wat bent U goed, wat bent U groot.
Wij verootmoedigen ons voor U, de heilige en rechtvaardige God, Die we door het volbrachte offer van de Heere Jezus aan het kruis Vader mogen noemen. Met de oprechte profeet Daniël bidden we mee: ‘Wij hebben gezondigd.’ We zijn weggedwaald van U en dienen de afgoden van deze tijd, soms ook in de kerk. Onze theologieën stellen we soms boven Uw Woord. En tekenen en wonderen vinden we wel eens belangrijker dan Uzelf. We hebben Uw geboden overtreden en zijn U ongehoorzaam geweest. Wat U zegt in Uw Woord, geloven wij niet altijd meer. Wat U verbiedt in Uw Woord, keuren wij soms goed.

Wij, als Uw Gemeente, Uw lichaam op aarde, leven vaak absoluut niet waardig het Evangelie van de Heere Jezus Christus. Er is zoveel verscheurdheid, zoveel verdeeldheid, zoveel ongerechtigheid. Huwelijken gaan kapot, gemeenten scheuren, overtuigde gelovigen keren God de rug toe. Wat een pijn, wat een verdriet!

Vader in de hemel, we zien op naar U. Ontfermt U Zich over ons, over ons land en over ons volk. Scheur de hemel en kom, Heere. We wijzen niet met onze vinger naar die of naar die, maar we knielen neer en belijden onze eigen zonden en de zonden van ons volk, omdat het onze zonden zijn die scheiding maken tussen U en ons.
Wij, als reformatorische christenen, waarschuwden tegen de geestelijke gevaren van de evangelischen. En wij als evangelische christenen, veroordeelden de reformatorischen. Terwijl U, o Heere Jezus, Uw Vader smeekte om eenheid onder allen die in U zouden geloven. Vergeef ons onze zonden en stort Uw liefde uit in onze harten. Geef dat we één zullen zijn in U, opdat de wereld gelove!

Heere, we ervaren dat de geestelijke strijd soms hevig is. We willen schuilen bij U en we bidden om moed en kracht in de strijd tegen de duisternis. En al moeten we soms lijden vanwege het volgen van U, dan verheugen we ons erover dat U ons daartoe waardig acht.
Geef ons genade al onze eigen opvattingen opzij te zetten en op U alleen gericht te zijn. Wij voelen ons soms zo machteloos, maar we weten dat U de Almachtige bent. We hebben van alles geprobeerd, maar veel kerken worden leger en leger. Schenk een herleving in Uw gemeente. Gebruik ons. Vervul ons voortdurend met Uw Geest, zodat Uw heerlijkheid zichtbaar wordt. We bidden om de vrede van Jeruzalem, vanuit een diep besef dat U ons wilt zegenen wanneer we Uw volk zegenen.

Als we op de zonden zien die in ons land plaatsvinden, en ook in kerken en christelijke organisaties, dan is er bij ons een beschaamd gelaat. Here, wij hebben Uw oordelen verdiend. O Heere, hoor. O Heere, vergeef. O Heere, merk op. Treed handelend op. Doe Uw aangezicht weer lichten over ons land en over ons volk.
We willen U danken, hemelse Vader, dat we mogen weten dat U de levende God bent. De God Die spreekt. We weten dat U de wereldgeschiedenis leidt, en ook ons leven en dat het U nooit uit handen zal lopen. We zien uit naar de wederkomst van de Heere Jezus en het Rijk van vrede en gerechtigheid dat Hij tot stand zal brengen.

En in deze laatste dagen voor Zijn komst zien we op naar U. We loven en aanbidden U. Uw grote Naam willen we verheerlijken. Verander ons steeds meer naar het beeld van Uw Zoon, de Heere Jezus, Die we zo van harte liefhebben. Heilig en reinig ons, opdat we eenmaal onberispelijk voor U zullen staan. Geprezen zij Uw wonderbare Naam tot in eeuwigheid. Amen.’

Dirk van Genderen