Vorige week schreef ik over het gebed van de Heere Jezus om eenheid van allen die Hem kennen en liefhebben. Er kwamen veel reacties op dat commentaar, zowel op de site als ook via de e-mail. Het verlangen naar eenheid leeft sterk. Het gebrek aan eenheid doet pijn. Veel pijn. Wat zijn de consequenties van de afwezigheid van eenheid, werd diverse keren gevraagd. Ik heb daarover nagedacht en ga daar nu dieper op in.
De Heere Jezus bidt om de eenheid van allen die in Hem geloven, zoals ook de Vader en de Zoon één zijn. Zo lazen we in Johannes 17. En waarom? Opdat de wereld zal geloven… (vers 21). De verdeeldheid onder christenen is een aanklacht, een anti-getuigenis voor het Evangelie.
In vers 23 klinken de woorden om eenheid nog een keer in het gebed van de Heere Jezus.
…dat zij volmaakt één zullen zijn, opdat de wereld erkent dat U Mij gezonden hebt en hen liefgehad hebt, zoals U Mij hebt liefgehad.
U reageert misschien: ‘We moeten toch pal staan voor de waarheid van de Bijbel en dwaalleraren weerstaan. En dan kun je toch niet altijd lief en aardig voor elkaar zijn.’ Jazeker. Maar vergeet niet dat ik deze keer schrijf over mensen die de Heere Jezus kennen en liefhebben en een verlangen hebben om in alles Zijn weg te gaan.
Elkaar hoogachten
Betekent dit dat we allemaal hetzelfde moeten denken en geloven? Dat we allemaal in dezelfde kerk moeten gaan zitten? O nee, kijk maar eens hoe verschillend de discipelen waren.
Wel dat we elkaar accepteren, dat we elkaar hoogachten. Het gaat er niet om wat wij ervan vinden, maar om wat God in Zijn woord zegt. Accepteer elkaar in Christus. Besef dat Hij Zijn leven ook voor je gelovige broeder en zuster heeft gegeven.
We lezen in de Bijbel, in 1 Korinthe 1:10-13:
10 Maar ik roep u ertoe op, broeders, door de Naam van onze Heere Jezus Christus, dat u allen eensgezind bent in uw spreken, en dat er onder u geen scheuringen zijn, maar dat u hecht aaneengesmeed bent, één van denken en één van gevoelen.
11 Want mij is over u bekendgemaakt, mijn broeders, door de huisgenoten van Chloë, dat er ruzies onder u zijn.
12 Ik bedoel dit, dat ieder van u zegt: Ik ben van Paulus, ík van Apollos, ík van Kefas, en ík van Christus.
13 Is Christus verdeeld? Is Paulus soms voor u gekruisigd? Of bent u in de naam van Paulus gedoopt?
In Korinthe ging het niet allemaal zoals het moest gaan. Er was verdeeldheid, er waren scheuringen. Paulus doet daarom een dringende oproep aan de gemeente in Korinthe om hecht aaneengesmeed te zijn, één van denken en één van gevoelen.
Laten we ons eigen leven en dat van onze gemeente hier maar eens naast leggen. Hoe staat het ervoor? Moeten we dan niet beschaamd ons hoofd buigen en ons voor de Heere verootmoedigen?
Vers 11: …er zijn ruzies onder u…
12: …ik ben van Paulus, ik van Apollos, ik van Kefas en ik van Christus…
Vandaag zouden we zeggen: ‘Ik ben van ds. X en ik van voorganger Y.’ ‘Deze gemeente gelooft in de opname en die niet.’ ‘Hier doopt men kinderen, daar vindt de grootdoop plaats.’
13: …is Christus dan gedeeld…?
Beste mensen: Dit kan niet en dit mag niet! Of verwacht u dat er in de hemel een afdeling is voor mensen die in de opname van de gemeente geloven en een ander gedeelte voor mensen die de kinderdoop aanhangen? Of gelooft u dat iemand die zich als kind heeft laten dopen, niet behouden zal worden?
We lezen verder in 1 Korinthe 3:1-4:
1 En ik, broeders, kon tot u niet spreken als tot mensen die geestelijk zijn, maar als tot mensen die nog vleselijk zijn, als tot jonge kinderen in Christus.
2 Ik heb u met melk gevoed en niet met vast voedsel, want u kon dat nog niet verdragen; ja, u kunt dat ook nu nog niet,
3 want u bent nog vleselijk. Als er immers onder u afgunst is en ruzie en tweedracht, bent u dan niet vleselijk en wandelt u dan niet naar de mens?
4 Want als iemand zegt: Ik ben van Paulus, en een ander: Ik van Apollos, bent u dan niet vleselijk?
In vers 3 wordt afgunst genoemd, ruzie, tweedracht. Als daar sprake van is, bent u nog vleselijk, klinkt het! Afgunst, ruzie en tweedracht mogen niet voorkomen bij iemand die geestelijk is. Dan wandelt u naar de mens en dus niet in Gods weg.
Vrucht van de Geest
Galaten 5: 20 noemt onder meer vijandschappen, ruzie, afgunst en onenigheid als werken van vlees. Te vaak accepteren wij dat. Het is nu eenmaal zo.
Nee, zegt vers 21: Wie zulke dingen doen, zullen het Koninkrijk van God niet beërven.
Dit is schokkend, vind ik. Hoe dringend noodzakelijk is het dat we schoon schip maken. Dat we tot inkeer komen, deze zonden, de werken van het vlees, belijden aan de Heere, maar ook aan de ander om vergeving vragen. Zijn we bereid de minste te zijn?
Luister naar Jakobus 3:14-18:
14 Wanneer u echter bittere afgunst en eigenbelang in uw hart hebt, beroem u dan niet en lieg niet tegen de waarheid.
15 Dat is niet de wijsheid die van boven komt, maar ze is aards, natuurlijk, duivels.
16 Want waar afgunst en eigenbelang is, daar heersen wanorde en allerlei kwade praktijken.
17 Maar de wijsheid die van boven is, is ten eerste rein, vervolgens vreedzaam, welwillend, voor rede vatbaar, vol barmhartigheid en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd.
18 En de vrucht van de gerechtigheid wordt in vrede gezaaid voor hen die vrede stichten.
In vers 14 wordt gesproken over bittere afgunst en eigenbelang. Dat is niet van God, maar van de duivel, klinkt het hier. Waar afgunst en eigenbelang is, heersen wanorde en allerlei kwade praktijken (vers 16). Daar kan God niet werken.
We blijven in Jakobus 3, vers 9-10
8 Maar de tong kan geen mens temmen. Ze is een niet te bedwingen kwaad, vol dodelijk vergif.
9 Door haar loven wij God en de Vader, en door haar vervloeken wij de mensen, die naar de gelijkenis van God gemaakt zijn.
10 Uit dezelfde mond komen zegen en vervloeking voort. Dit behoort niet zo te zijn, mijn broeders.
Hoe gebruikt u uw tong? Tot Gods eer? Spreekt u goed van uw naaste, uw mede-gemeenteleden, uw voorganger? Of doet u mee aan roddel, stookt u mee het vuurtje op?
Laten we ons maar niet mooier voordoen dan we zijn…
‘Die dominee, nee, die spreekt mij niet aan…’ ‘En die gemeenteleden, die doen altijd zo moeilijk…, die zien het toch echt niet goed.’
Dit behoort niet zo te zijn (vers 10). O, breek ermee, het maakt u geestelijk kapot en ook uw medemensen, binnen en buiten de gemeente. Het kan de gemeente kapot maken.
We bladeren verder, Jacobus 4:1-3 en 11-12
1 Vanwaar al die strijd en al die conflicten in uw midden? Vloeien ze hier niet uit voort: uit uw hartstochten, die in alle delen van uw lichaam strijd voeren?
2 U verlangt naar iets en krijgt het niet. U benijdt anderen en beijvert u om dingen te bemachtigen en kunt ze niet krijgen. U maakt ruzie en voert strijd, maar u krijgt niet, omdat u niet bidt.
3 U bidt wel, maar u ontvangt niet, omdat u verkeerd bidt, met het doel het in uw hartstochten door te brengen.
11 Broeders, spreek geen kwaad van elkaar. Wie van zijn broeder kwaadspreekt en over zijn broeder oordeelt, spreekt kwaad over de wet en oordeelt over de wet. Als u over de wet oordeelt, bent u geen dader van de wet, maar een rechter.
12 Er is één Wetgever, namelijk Hij Die kan zalig maken én te gronde richten. Maar wie bent u, die over de ander oordeelt?
Wat is Gods Woord toch praktisch. En soms doet het pijn om te lezen. Waarom al die strijd en die conflicten in uw midden? (vers 1)
Ze komen voort uit uw hartstochten, klinkt het directe antwoord. Eigenlijk zegt Jakobus: Dit past beslist niet bij het nieuwe leven in Christus. Jullie laten je niet leiden door Hem, het is je eigen ik dat nog zo op de troon zit.
In vers 2 klinkt het: ‘U maakt ruzie en voert strijd, maar u krijgt niet, omdat u niet bidt.’
Dat is een belangrijk aspect, het gebed. Onenigheid en onderlinge ruzie gaat vaak ten koste van het gebed.
U denkt misschien: Je doet alsof wij hier een stelletje grote zondaars zijn. Ruzie, roddel, verdeeldheid, afgunst… Het valt best wel mee, en met mij helemaal. Ik ben niet heilig, maar het scheelt niet veel… Dan zal het niet voor u bestemd zijn, maar wellicht wel voor anderen…
Weet u, het kan heel veel pijn doen om te merken dat er negatief over je wordt gesproken. Niet met je, maar wel over je. Je wordt in een bepaald vakje geplaatst. Je bent evangelisch, je bent licht, je bent zwaar, je bent oppervlakkig…
Het kan voelen alsof Saul zijn speer naar je gooit, zoals hij ooit zijn speer naar David gooide.
David had die speer kunnen grijpen en Saul kunnen doden. Maar wat deed hij? Hij boog om die speer te ontwijken.
Zo kunnen wij ook speren van kritiek, van roddel, van twist, van veroordeling werpen… Ook in onze kerk, onze gemeente. Sommigen lijken erg goed de wil van God te kennen, maar beseffen niet wat de gevolgen van hun daden/woorden zijn.
Zeker als het slachtoffer niet op tijd zijn hoofd kan buigen en geraakt wordt door de speer. Misschien is iemand van u wel neergeveld door zo’n speer… Vaak kun je maar beter je hoofd buigen en vluchten, vluchten naar de Heere toe.
Nederigheid
Hoe is onze houding? Zijn we hoogmoedig? Denken wij de waarheid van de Bijbel in pacht te hebben en leggen we ieder langs ons meetlint? Of hebben we door Gods genade geleerd nederig te zijn? Dat kan alleen maar als Gods Geest in ons woont…
Lees wat Filippenzen 2:1-4 zegt:
1 Als er dan enige bemoediging is in Christus, als er enige troost is van de liefde, als er enige gemeenschap is van de Geest, als er enige innige gevoelens en ontfermingen zijn,
2 maak dan mijn blijdschap volkomen, doordat u eensgezind bent, dezelfde liefde hebt, één van ziel bent en één van gevoelen.
3 Doe niets uit eigenbelang of eigendunk, maar laat in nederigheid de een de ander voortreffelijker achten dan zichzelf.
4 Laat een ieder niet alleen oog hebben voor wat van hemzelf is, maar laat een ieder ook oog hebben voor wat van anderen is.
Nederigheid staat tegenover trots. Het is de ander hoogachten, waarderen. De ander voortreffelijker achten dan jezelf. Dat is moeilijk hoor. Nederigheid is de sleutel tot eenheid.
Hoe belangrijk is het dat we ons geleid mogen weten door de Heilige Geest. Galaten 5:22 zegt: De vrucht van de Geest is echter: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.
Hier ligt het geheim: laat je leiden door de Heilige Geest. Dan zal de vrucht van de Geest zichtbaar worden in je leven en in je relatie met anderen, ook in de gemeente.
Dan is er geen verdeeldheid meer, geen onenigheid, geen groepsvorming. Maar eenheid in Christus. Dat betekent niet dat je allemaal hetzelfde moet denken, maar je aanvaardt elkaar in Christus.
Verdeeldheid is een aanfluiting voor het christelijke geloof, ja, voor Christus. Eenheid daarentegen is een krachtig getuigenis. Geen gemaakte eenheid, of geforceerde eenheid, maar eenheid in liefde.
Het kan nodig zijn dat we ons moeten verootmoedigen. Naar de ander toe, in uw persoonlijke leven, in de gemeente. Schuld belijden, vergeving schenken, vergeving vragen.
Ga op uw knieën. Ik smeek het u in Gods Naam. Laat de Heilige Geest u overtuigen. Aarzel niet om de eerste stap te zetten.
En denk ook eens aan de toekomst. Wij kunnen ons nu nog de luxe permitteren om verdeeld te zijn. Dat kan niet als er vervolging is. Als gelovigen hebben we elkaar steeds meer nodig.
De tijden zullen moeilijker worden. Laten we stoppen met het steken van energie in verdeeldheid.
En eenmaal, na dit leven, zal er geen verdeeldheid meer zijn. Dan zullen we één zijn, en de Heere mogen loven en prijzen. Laten we dat hier al leren.
Openbaring 9:9-10 zegt ons:
9 Hierna zag ik en zie, een grote menigte, die niemand tellen kon, uit alle naties, stammen, volken en talen, stond vóór de troon en vóór het Lam, bekleed met witte gewaden en palmtakken in hun hand.
10 En zij riepen met een luide stem: De zaligheid is van onze God, Die op de troon zit, en van het Lam!
Dirk van Genderen
Nog een laatste opmerking:
Als u wilt reageren, reageert u dan a.u.b. alleen op dit commentaar en niet op elkaar.