Op dit moment worden er christenen gemarteld… (hoofdstuk 1)

De afgelopen tijd heb ik een boekje geschreven. Over de vervolgde christenen. Over onze verbondenheid met hen. Maar ook over wat wij van hen kunnen leren. Soms moest ik huilen terwijl ik aan het schrijven was.
Het boekje bevat een aantal korte hoofdstukjes, met gespreksvragen aan het eind van elk hoofdstuk. De komende tijd wil ik deze hoofdstukjes als commentaren plaatsen. Niet elke week, maar zo af en toe. Het boekje is trouwens niet verkrijgbaar, omdat ik het vooralsnog niet laat drukken. Deze week hoofdstuk 1.

christenvervolging[1]
Illustratie over vervolging van christenen (Engels: christians) afkomstig van website vrijspreker.nl

Hoofdstuk 1

‘Op dit moment, nu we in dit kerkgebouw zijn samengekomen, worden op een paar uur vliegen afstand medegelovigen gevangen gehouden. Ze worden verhoord, geslagen, gemarteld, omdat ze trouw zijn aan de Heere Jezus.’
Terwijl ik deze woorden uitspreek, raken ze mij. Ik kan het me nauwelijks voorstellen. We leven hier in vrijheid. We kunnen zo naar onze kerk of gemeente gaan, zonder angst te hebben opgepakt te worden. En we zijn er de Heere zeer dankbaar voor.
Wat vinden we onze vrijheid toch vanzelfsprekend! Alsof wij er recht op hebben. Het is genade van de Heere, een onverdiende zegen van Hem.

Vanochtend ben ik in een internationale, Engelssprekende gemeente. Er zijn mensen uit Nederland, Afrika, Azië en Zuid-Amerika. Het thema van de preek is: ‘Lijden om van de Naam van de Heere Jezus.’
We lezen Handelingen 12. De geschiedenis van Petrus, die gevangen wordt gehouden vanwege zijn geloof in de Heere Jezus en zijn vrijmoedigheid om over Hem te spreken. De geschiedenis van Jakobus, die vanwege zijn geloof bruut onthoofd wordt. De geschiedenis van de gemeente, die in aanhoudend gebed is, middenin de nacht, voor de bevrijding van Petrus.

Vlak voor het Pascha wordt Petrus opgepakt. Hij wordt bewaakt door zestien soldaten, alsof hij, die ene christen, staatsvijand nummer één is. Vier groepen van vier soldaten: twee aan Petrus vast, één voor de deur en één achter de deur. Ontsnappen is uitgesloten.

Stel je voor: je hebt nog één dag te leven, wat zou je doen? Zou Petrus hebben kunnen bidden? Hij is niet bang. Dat blijkt wel uit het feit dat hij slaapt. Als we de Heere Jezus mogen kennen als onze Heiland en Verlosser hoeven we niet bang te zijn. Petrus weet dat hij naar de hemel gaat als ze hem doden, net zoals ze eerder Jakobus en Stefanus hebben gedood, en ook de Heere Jezus.

Er is een strijd gaande, een geestelijke strijd. De gemeente bidt, vurig, volhardend. En satan strijdt. Hij wil de gemeente vernietigen. Hij wil de leiders van de gemeente vernietigen.
Daarover lezen we in Efeze 6:12:
‘Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten.’

Wat zou u doen in zo’n situatie? Een protestbrief opstellen en naar Herodes sturen? Gaan we een commissie instellen? De politiek inschakelen? Dat zouden wij misschien doen.
Zij gaan op de knieën, de hele nacht. Met z’n allen. Wat een les, ook voor ons. Kennen we dat? Om in grote nood ook ’s nachts te bidden? Hoe is dat bij ons in de gemeente? Het gebed laat zien of een gemeente geestelijk gezond is. Het gebed laat ook zien hoe ons geestelijke leven is.

De Heere hoort de gebeden die vanuit de gemeente in Jeruzalem tot Hem worden opgezonden. Er komt een engel van de Heere naar Petrus. Er schijnt plotseling licht in de donkere cel. Het lichtschijnsel als teken van Gods heerlijkheid.
Eerst gingen de hemeldeuren open, nu ook de gevangenisdeuren. De soldaten die hem moeten bewaken, merken niets.
Hoe goed zorgt God voor Petrus. Zelfs zijn sandalen moet hij aandoen, zegt de engel tegen hem en hij moet zijn mantel omslaan.

Dan klopt hij aan bij het huis van Maria. De engel is er niet meer. De gevangenisdeuren gingen vanzelf open, de deur van het huis van Maria blijft dicht. Petrus moet kloppen. Het dienstmeisje Rhode doet open, maar ze kan de gebedsverhoring eerst niet geloven.
Dat is herkenbaar, toch? We roepen tot de Heere in onze nood, we bidden voor vervolgde medechristenen. En als de Heere onze gebeden verhoort, kunnen we het soms bijna niet geloven.
Dan gaat Petrus over zijn bevrijding vertellen. Vertel het maar aan anderen wanneer de Heere je heeft verlost, bevrijd. Dat is zo bemoedigend. Dat gebeurt vandaag ook nog.

Wat een mooi Bijbelverhaal. Een verhaal wat vandaag geschreven zou kunnen zijn. Vandaag gebeuren precies dezelfde dingen.
Via Handelingen 12 trek ik in deze samenkomst de lijn door naar onze tijd. Ik merk dat de mensen daardoor geraakt worden. Voor sommige aanwezigen komt het heel dichtbij, omdat zij uit landen komen die worden genoemd als land waar christenen worden vervolgd. Ze beginnen zachtjes te huilen. Samen bidden we voor onze vervolgde broeders en zusters. We voelen ons één met hen, door hetzelfde geloof in onze Heere en Heiland, Jezus Christus.

In sommige landen heb je de garantie dat je lijden en vervolging zult ervaren wanneer je tot geloof komt. Zeker als je van moslim christen wordt. Je familie verklaart je voor dood. Soms worden plannen beraamd om je daadwerkelijk te doden.
Dit lijden voor de naam van de Heere Jezus staat haaks op het welvaartsevangelie. ‘Geloof in de Heere Jezus en voorspoed, welvaart, succes, rijkdom, gezondheid en vrijheid zal je deel zijn.’ Ja, ja, ga die boodschap maar vertellen aan gelovigen in landen als Noord-Korea, Saoedi-Arabië, Nigeria, Iran, Niger, Egypte, Irak of Syrië.

Maar weet wel: het is Gods speciale discipelschapstraining. Lijden maakt door Gods genade christenen sterk. Niet in eigen kracht, maar in Zijn kracht. Ondanks de vervolgingen, ondanks de martelingen, blijven ze Hem trouw. Zo lief hebben ze de Heere Jezus, omdat Hij hen eerst heeft liefgehad.

In Noord-Korea werden zeven gelovigen in het openbaar doodgeschoten. Voor de executie werden hun kaken gebroken. Waarom? Omdat ze zelfs bij hun naderende dood niet wilden stoppen met zingen en bidden.
Daar word je toch stil van! Zulke verschrikkingen moeten broeders en zusters meemaken.
En net als de apostelen ervaren velen het als een voorrecht dat ze mogen lijden voor de Heere Jezus. Hij heeft immers Zijn leven voor hen gegeven.

Hij alleen is het waard om gediend en geëerd te worden. Ze ervaren in hun lijden een innige band met Hem. Ze vragen niet: waarom overkomt mij dit?
Tegelijk twijfelen ze niet aan Jezus’ macht wanneer het einde van hun aardse leven in zicht komt. Ze weten, zoals de vrienden van Daniël, dat God bij machte is hen te verlossen uit het vuur. Maar ze weten ook dat Hij in het vuur bij hen is. Hij kan voorkomen dat bij Zijn kinderen ook maar één haar van hun hoofd wordt gekrenkt.

Maar ook als ze dwars door het lijden heen moeten, blijven Zijn kinderen Hem vertrouwen. Anderen worden erdoor geraakt. Ja, zo geraakt, dat ze ook tot geloof in de Heere Jezus komen. De hel wordt razend. De vervolgingen heviger. Om stil van te worden.

Maar laat het hier niet bij blijven, lieve mensen. Want onze broeders en zusters, die worden vervolgd, hebben ons gebed nodig. Hun geloofskracht is niet vanzelfsprekend.
Er woedt een geestelijke strijd. Miljoenen gelovigen, christenen, in tientallen landen, staan midden in deze strijd.

Het gevaar is aanwezig dat we degenen die hen vervolgen, hierop aankijken. En zeker, het is verwerpelijk om gelovigen te vervolgen. Maar wie zit hierachter? Door wie worden de daders misleid? Het is de satan, die de gemeente van de Heere Jezus Christus kapot wil maken.
Ik ben zo geraakt door de bewogenheid van vervolgde christenen met hun vervolgers. Ook zij kunnen worden gered voor de eeuwigheid.
Laten we daarom met ontferming over hen bewogen zijn. Bid voor hen, dat de Heere Zich ook aan hen zal openbaren. Dan zullen ze stoppen met het vervolgen van Gods kinderen. Kijk maar naar Saulus. Hij vervolgde de gemeente tot op het moment dat de Heere Jezus Zich aan hem openbaarde. Van een vervolger werd hij een volgeling van de Heere Jezus.

Romeinen 12:14 zegt:
‘Zegen wie u vervolgen. Zegen hen en vervloek hen niet.’
En in Mattheus 5:44 lezen we:
‘Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen.’

Niet iedereen heeft een succesverhaal. Niet iedereen wordt bevrijd. Sommigen zitten jaren vast, soms vele jaren. Velen worden gemarteld, moeten bitter lijden, vinden de dood.
Vervolging heeft alles te maken met de navolging van Christus. Bid voor de vervolgden.
Hebreeën 13:3 zegt:
‘Denk aan de gevangenen alsof u zelf ook gevangen bent, en aan hen die slecht behandeld worden, alsof u ook zelf lichamelijk slecht behandeld wordt.’
En in 1 Korinthe 12:26 lezen we:
‘Als één lid lijdt, lijden alle leden mee.’

De christenen die vervolgd worden, vragen ons niet allereerst om te bidden om een einde aan de vervolgingen, maar om volharding in de vervolging. Tegelijk sporen de vervolgde christenen ons in het Westen aan ons voor te bereiden op mogelijke vervolging. Hoe? Luister naar wat ze zeggen.
‘Zorg dat je de Heere Jezus kent.
Zorg dat je de Bijbel kent.
Zorg dat je het geheim van het gebed kent.’

Gespreksvragen

1. Petrus zit in de gevangenis. De volgende dag wordt hij misschien wel gedood. Toch is hij niet in paniek en slaapt hij rustig. Wat is zijn geheim? Zie Handelingen 12.
2. Hoe zou het komen dat de biddende gemeente (Handelingen 12) aanvankelijk niet kan geloven dat Petrus weer vrij is en voor de deur staat?
3. Hoe is het mogelijk dat vervolgde gelovigen de Heere kunnen danken voor vervolging en lijden?
4. Hoe kunnen we ons voorbereiden op mogelijke vervolging in de toekomst?

Dirk van Genderen

Endnotes:
  1. [Image]: https://www.dirkvangenderen.nl/wp-content/uploads/2016/08/christenvervolging.jpg