Tijdens de kerkdienst komt de trein knarsend tot stilstand op het spoor vlakbij de kerk. De kerkgangers en de dominee op de kansel zijn even van slag. Wat gebeurt er? Ze horen mensen gillen, in de trein. De dominee aarzelt even, maar gaat toch maar verder met zijn preek. Mooie woorden, maar buiten zijn mensen in nood. En niemand gaat hen helpen.
Na de preek wordt een lied gezongen. Harder en nog harder, zodat de kreten om hulp vanuit de trein niet meer te horen zijn. Een jongen glipt de kerk uit, naar buiten, gevolgd door zijn zus. Maar als ze naar de trein staan te kijken, sturen gewapende Duitse soldaten hen terug, de kerk weer in.
[1]
De oude man op het spoor bij de kerk, waar hij als jongen zag dat de Joodse mensen in de trein wanhopig probeerden uit de wagons te komen.
De jongen van toen is nu een oude man, van ruim 80 jaar. Hij zucht diep als hij weer bij datzelfde kerkje op het spoor loopt. ‘Heere, vergeef ons, vergeef mij. Waarom was er niemand die ingreep, die een poging deed die Joodse mensen uit de trein te bevrijden?’
Ook anno 2016 vindt er een massamoord plaats op zeer grote schaal. En wij preken door en wij zingen door. Nog harder, om de zwakke stemmetjes die roepen om hulp maar niet te horen. We doen het niet eens bewust, maar het gebeurt wel. En bijna niemand is er die hen helpt. Applaus voor degenen die bij de abortusklinieken staan, om er te bidden en mensen aan te spreken.
Het is wettelijk toegestaan deze massamoord te plegen. Je wordt er niet voor bestraft. Het kost je niets als je een zorgverzekering hebt. En de klinieken verdienen grof geld aan deze industrie van de dood.
We zijn eraan gewend geraakt. De 30.000 slachtoffers – jaarlijks, alleen al in Nederland, wereldwijd 50 miljoen per jaar – raken ons nauwelijks meer. We zeggen wel dat we het erg vinden, maar het is niet aan ons te merken.
De ongeboren kinderen zijn totaal machteloos. Wat de veiligste plaats op aarde zou moeten zijn, de baarmoeder van de moeder, is verworden tot de gevaarlijkste plaats. Het is een wonder als je de eerste maanden van je leven overleeft.
Onschuldig bloed stroomt in de abortusklinieken. Het roept tot God in de hemel. Genesis 4:10 zegt immers: ‘Er is een stem van het bloed van uw broer, dat vanuit de aardbodem tot mij roept.’
De stemmen van de gedode ongeboren kinderen roepen tot God in de hemel, vanuit de aardbodem. En God hoort ze. Er ontgaat Hem geen enkele stem. En Hij zegt het: ‘Laat de kinderen bij Mij komen en verhinder hen niet, want voor zulken is het Koninkrijk van God’ (Lucas 10:14).
Het liefst zou ik in één klap de hele abortusindustrie stoppen. De stekker eruit. Wereldwijd. Daar zou de VN naar moeten streven. Om alle ongeboren kinderen te beschermen. Maar daar hoor je de Verenigde Naties niet over. Integendeel. Ze willen abortus in alle landen beschikbaar stellen. En als een land weigert, wordt gedreigd met het inhouden van financiën. Zo werkt het tegenwoordig.
Voorstanders van abortus zien een ongeboren kind niet als mens, maar als een hoopje slijm, of als een foetus. Dat is verhullend taalgebruik, om de massa te beïnvloeden. Waar maak je je druk over… Maar in het Latijn betekent fetus gewoon ‘ongeboren kind’.
Nieuwe zwangerschapstesten, zoals de NIP-test, om te onderzoeken of een baby het Downsyndroom heeft, kunnen gemakkelijk gaan leiden tot meer abortussen.
De dood heerst in de abortusklinieken. Ik bid dat God Zichzelf zal openbaren aan de aborteurs in de klinieken. Dat ze als in een flits gaan zien waar ze mee bezig zijn. Dat God hen stil zet en bekeert.
Het leven is een wonder van God. Hij weeft het in de schoot van de moeder (Psalm 139:13). Als een kunstwerk. Maar Gods kunstwerk wordt in stukken gescheurd. Letterlijk.
Aanstaande week is het de ‘Week van het Leven’. Ik bid dat de Heere ons de moed en de kracht geeft, om op te komen vóór het leven, ook voor het ongeboren leven, vanaf het allerprilste begin. Dan zal de één naar een abortuskliniek gaan om er te bidden en mensen aan te spreken. Een ander loopt mee in de Mars vóór het Leven, als een getuigenis.
Iemand anders zet zich in voor meisjes en vrouwen, die niet zwanger hadden willen worden maar het toch zijn.
Laten we kiezen vóór het leven. Altijd. En ons daarover uitspreken met duidelijke woorden. De kansen grijpen die we hebben. Predikanten en voorgangers op de kansel. Journalisten in de media. Politici in de politiek. Leerkrachten in het onderwijs. Wij allen, in onze contacten met buren, collega’s, vrienden, familie…
Mozes riep het volk Israel op te kiezen vóór het leven. Wel of geen abortus is een keus tussen leven en dood. ‘Kies dan het leven, opdat u leeft, u en uw nageslacht, door de HEERE, uw God, lief te hebben, Zijn stem te gehoorzamen en u aan Hem vast te houden’ (Deuteronomium 30:19 en 20).
Dirk van Genderen
- [Image]: https://www.dirkvangenderen.nl/wp-content/uploads/2016/11/oudemankerk.jpg