Er is veel nepnieuws, vaak aangeduid met de Engelse term ‘fake news’. Nieuws dat echt lijkt, maar nep is. Ook in de Bijbel komen we nepnieuws tegen. In Genesis 3 is het de satan die als eerste via de slang nepnieuws de wereld inslingert. Eva en Adam geloven hem, de gevolgen zijn verschrikkelijk.
Het is het begin van een eeuwenlange strijd tussen waarheid en leugen. In het hele Oude Testament lezen we over valse profeten, die Israel telkens weer op een dwaalweg leiden, bij God vandaan. Tot op vandaag wordt de gemeente van de Heere Jezus bedreigd door dwaalleraars met hun fake news. Je kunt zelfs zeggen dat iedereen die beweert dat God niet bestaat, nepnieuws brengt.
Nepnieuws is vaak moeilijk van echt nieuws te onderscheiden. Soms is het half waar, soms helemaal niet. De nieuwe Amerikaanse president Trump beschuldigt veel vooraanstaande media in Amerika ervan dat ze fake news brengen. Als nieuws hem niet welgevallig is, noemt hij het al snel fake news.
Zaken die eerst met grote stelligheid worden ontkend, blijken later soms toch waar te zijn, zoals het feit dat er onder de vluchtelingen uit Afrika en het Midden-Oosten ook moslimterroristen Europa binnenkomen.
Een deel van het nieuws uit het Midden-Oosten dat via de officiële media tot ons komt, valt ook onder de noemer fake news. Stelselmatig wordt de Westelijke Jordaanoever (Judea en Samaria) bezet gebied genoemd. Dat is een leugen.
Veel journalisten zijn bevooroordeeld. Ze zijn kritisch richting Israel en veel minder kritisch naar de Palestijnen toe. Dat is zichtbaar in hun verslaggeving, met veel nepnieuws.
Ook politici hebben er een handje van om nepnieuws te produceren. Feiten die ze met grote stelligheid poneren tijdens (verkiezings)debatten, blijken later nogal eens niet te kloppen of maar gedeeltelijk. Het is voor de ‘gewone burger’ vaak lastig om te weten of iets waar is of niet waar.
Maar ook de media worstelen hiermee. Het blijft zeer noodzakelijk om de bronnen te checken. Afgelopen week liet het tv-programma ‘Zembla’ zien dat er in Rusland zelfs een bedrijf is dat bewust nepnieuws produceert en verspreidt via de officiële kanalen. Nederlandse kwaliteitsmedia namen al zulke berichten op.
Er zijn op internet tal van websites die nepnieuws produceren, vaak in het circuit van de alternatieve media. Ook zogenaamde christelijke sites. Sites die overal samenzweringen zien, die zich baseren op informanten of andere sites die niet te checken zijn.
Soms kijk ik wel eens op zulke websites, maar daar word je meestal niet vrolijk van. Het ene na het andere drama staat ons, staat Israel, staat de wereld te wachten, wordt gesteld. De opname van de gemeente had al diverse keren plaats moeten vinden. Maar vijf jaar verder is er nog niets gebeurd.
En absoluut waar, we moeten alert zijn, zeker als christenen. Wees niet te goedgelovig. Niet elk bericht dat u hoort op de radio, ziet op de televisie of leest in de krant hoeft waar te zijn. De media zijn in staat berichten, foto’s en beelden te manipuleren of eenzijdig te brengen.
Ook in christelijk Nederland produceren we nogal wat fake news, bijvoorbeeld in de karikaturen die we als kerkgenootschappen aan de ene kant en de ‘evangelische beweging’ aan de andere kant van elkaar maken. Er wordt soms veel te negatief over elkaar gesproken, er wordt fake news over elkaar verteld, soms om tegen de ander te waarschuwen. Dat mag niet, mensen! Wie een niet-juist beeld van de ander schetst, liegt en spreekt niet te waarheid. Laten we voorzichtig zijn.
De Bijbel waarschuwt ons tegen verleidende geesten die ons in verwarring willen brengen. ‘Geloof niet elke geest, maar beproef de geesten of zij uit God zijn; want er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan (1 Johannes 1:4).
Valse profeten brengen een eigen bedachte boodschap of – dat kan ook – een occulte, satanische boodschap.
‘Ik ben de waarheid,’ zegt de Heere Jezus in Johannes 14:6. Als Hij de Waarheid is, en dat is Hij, dan behoren allen die in Hem geloven, toch ook de waarheid te spreken.
‘Leg daarom de leugen af en spreek de waarheid, ieder tegen zijn naaste; wij zijn immers leden van elkaar’ (Efeze 4:25).
Dirk van Genderen