Sommige predikers willen ons laten geloven dat we rijk door de Heere gezegend zullen worden als we maar trouw onze tienden geven. Velen doen dat ook, elke maand. Anderen voelen zich erdoor gemanipuleerd. De grote vraag is wat de Bijbel ons hierover zegt. Een zoektocht.
In Genesis 14 lezen we voor het eerst tienden. Nadat Abraham Lot had bevrijd en Kedor-Laomer en een aantal andere koningen had overwonnen, ontmoette hij Melchizedek, een priester van God. Melchizedek zegende Abraham en vervolgens schonk Abraham hem een tiende deel van de buit.
Sommigen baseren op dit gebeuren het geven van tienden. Ten onrechte, naar mijn mening. Je leest maar één keer dat Abraham een tiende geeft en niet van zijn inkomsten, maar van de buit.
In Genesis 28:22 klinken de woorden van Jakob: Van alles wat U mij geven zult, zal ik U zeker het tiende deel geven.
Je kunt je afvragen aan wie hij dat gegeven zal hebben. Er waren geen geestelijken, er was geen tempel. Misschien gaf hij het aan de armen en offerde hij een deel aan de Heere. Opmerkelijk is wel dat het hier niet om een gebod van God gaat, maar om een eed van Jakob aan de Heere. Evenmin kun je dus op deze tekst baseren dat je tienden aan de Heere moet geven.
In Deuteronomium 14:22-26 staat:
22 Van heel de opbrengst van uw zaad, wat het veld jaar op jaar voortbrengt, moet u getrouw het tiende deel geven.
23 Voor het aangezicht van de HEERE, uw God, op de plaats die Hij zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen, moet u de tienden van uw koren, van uw nieuwe wijn en van uw olie, en de eerstgeborenen van uw runderen en van uw kleinvee eten, om de HEERE, uw God, te leren vrezen, alle dagen.
24 Als de weg voor u te lang is, zodat u dat alles niet kunt meenemen, omdat de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen om Zijn Naam daar te vestigen, te ver bij u vandaan is, dan moet u, wanneer de HEERE, uw God, u gezegend heeft,
25 het te gelde maken, het geld in een buidel meenemen en naar de plaats gaan die de HEERE, uw God, zal uitkiezen.
26 Daar moet u dat geld besteden aan alles wat uw ziel verlangt: runderen en kleinvee, wijn en sterke drank, ja, alles wat uw ziel maar wenst. Dan kunt u daar eten voor het aangezicht van de HEERE, uw God, en u verblijden, u en uw gezin.
Elke familie moest één keer per jaar naar de tempel in Jeruzalem. Dat was vaak een lange reis. Onderweg hadden ze ook voedsel en drinken nodig. In vers 24-26 wordt toestemming gegeven om een deel van die tien procent die ze af gaan staan, daarvoor te gebruiken. Ze aten en dronken dus van hun eigen tienden, zelfs wijn en sterke drank.
Deuteronomium 14:27-29:
27 Daarbij mag u de Leviet die binnen uw poorten is, niet in de steek laten. Hij heeft immers geen aandeel of erfelijk bezit samen met u.
28 Om de drie jaar moet u alle tienden van uw opbrengst van dat jaar brengen en opslaan binnen uw poorten.
29 Dan kan de Leviet komen – hij heeft immers geen aandeel of erfelijk bezit samen met u – en de vreemdeling, de wees en de weduwe die binnen uw poorten zijn, en kunnen zij eten en verzadigd worden; opdat de HEERE, uw God, u zegent in al het werk dat u doet.
Eén keer per drie jaar waren de tienden bestemd voor de plaatselijke levieten en voor de armen in hun stad, voor ondersteuning en opleiding. Dat derde jaar ging er dus niets van de tienden naar de tempel. Deuteronomium 26:12 schrijft dit eveneens voor.
In 2 Kronieken 31 lezen we dat onder Hizkia het volk de tienden bracht naar de priesters en de levieten, zodat die zich konden wijden aan de wet van de Heere.
Veel mensen die geloven dat het brengen van de tienden ook vandaag nog geldt voor de gelovigen uit de volken, wijzen op Maleachi 3: 8-11:
8 Zou een mens God beroven?
Werkelijk, u berooft Mij!
En dan zegt u: Waarvan beroven wij U?
Van de tienden en het hefoffer!
9 U bent door de vloek getroffen,
omdat u Mij berooft,
als volk in zijn geheel.
10 Breng al de tienden
naar het voorraadhuis, zodat er voedsel in Mijn huis is.
Beproef Mij toch hierin,
zegt de HEERE van de legermachten,
of Ik niet de vensters van de hemel voor u zal openen,
en zegen over u zal uitgieten, zodat er geen schuren genoeg zullen zijn.
11 Ik zal ter wille van u de kaalvreter bestraffen,
zodat hij de vrucht van de aardbodem bij u niet te gronde richt,
en de wijnstok op het veld bij u niet zonder vrucht zal blijven,
zegt de HEERE van de legermachten.
Wie het niet doet, zou God beroven. ‘Beproef de Heere maar, test het maar uit en u zult zien dat de Heere het zal zegenen.’
Is dit de betekenis van deze Bijbelverzen voor ons? Als u gaat lezen in Deuteronomium 12:28, Deuteronomium 28:1-6 en Leviticus 26 zult u zien dat de Heere het volk Israel Zijn zegen toezegt als ze Zijn wetten en geboden houden.
Wie deze weg gaat, stelt zich onder de wet. Dan moet je de hele wet gaan houden, maar door het houden van de wet kan geen mens gered worden.
We gaan naar het Nieuwe Testament. De enige keer dat de tienden ter sprake komen, is in Mattheus 23:23 en 24:
23 Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u geeft tienden van de munt, de dille en de komijn, en u laat het belangrijkste van de Wet na: het recht, en de barmhartigheid en het geloof. Deze dingen zou men moeten doen en die andere dingen niet nalaten.
24 Blinde leiders, die de mug uitzift maar de kameel doorslikt.
De Heere Jezus noemt hier de Schriftgeleerden en de Farizeeën huichelaars. Zij geven hun tienden, terwijl ze het belangrijkste van de wet nalaten. Het zijn blinde leiders, wel muggenziften over het geven van tienden, maar het geloof, de barmhartigheid en het recht nalaten.
In de vroege Kerk was het zeker geen regel om tienden te geven. Dat ontstond pas aan het einde van de zesde eeuw. Nergens in het Nieuwe Testament lees je dat de gelovigen hun tienden gaven. Geen enkele apostel vraagt om de tienden.
Dit houdt niet in dat we niet zullen geven aan het werk in Gods Koninkrijk, integendeel. Daarover straks meer.
Heel bekend zijn de woorden in 2 Korinthe 9:6 en 7:
6 En dit zeg ik: Wie karig zaait, zal ook karig oogsten; en wie zegenrijk zaait, zal ook zegenrijk oogsten.
7 Laat ieder doen zoals hij in zijn hart voorgenomen heeft, niet met tegenzin of uit dwang, want God heeft een blijmoedige gever lief.
Het gaat om de gesteldheid van ons hart in het geven. Geef niet met tegenzin.
Vers 7 zegt het zo mooi: God heeft de blijmoedige gever lief. Daar verheugt Hij Zich in.
Luister ook naar Spreuken 3:9 en 10:
9 Vereer de HEERE met je bezit,
met de eerstelingen van heel je opbrengst,
10 dan zullen je schuren gevuld worden met overvloed
en je perskuipen overlopen van nieuwe wijn.
Geef het beste aan de Heere. Daar zal Hij Zijn zegen over geven.
In 1 Korinthe 9:14 staat dat de Heere met het oog op hen die het Evangelie verkondigen, heeft opgedragen dat zij van het Evangelie leven. Toch zegt Paulus dan in het volgende vers: Ik heb hiervan echter geen gebruik gemaakt.
Hij had hier om de tienden kunnen vragen, maar hij doet het niet, opdat de Korintiërs niet zouden kunnen zeggen dat hij hun het Evangelie bracht om er zelf beter van te worden.
Toch werd hij wel financieel ondersteund, door de gemeente van Filippi. Filippenzen 4:16 zegt: ‘Want ook in Thessalonica hebt u mij een- en andermaal iets gestuurd voor wat ik nodig had.
Dat levert vrucht op, namelijk op uw rekening, uw hemelse rekening, zegt hij in het volgende vers. En daarna nog in vers 19: Mijn God zal u, overeenkomstig Zijn rijkdom, voorzien van alles wat u nodig hebt, in heerlijkheid, door Christus Jezus.
Het gaat er dus om dat we blijmoedig geven, en tegelijk niet bijhouden of we al tien procent hebben gegeven. Dat kan ook niet, als we Mattheus 6:1-4 serieus nemen.
1 Wees op uw hoede dat u uw liefdegave niet geeft in tegenwoordigheid van de mensen om door hen gezien te worden; anders hebt u geen loon bij uw Vader, Die in de hemelen is.
2 Wanneer u dan een liefdegave geeft, laat het niet voor u uitbazuinen, zoals de huichelaars in de synagogen en op de straten doen, opdat zij door de mensen geëerd zouden worden. Voorwaar, Ik zeg u: Zij hebben hun loon al.
3 Maar als u een liefdegave geeft, laat dan uw linkerhand niet weten wat uw rechterhand doet,
4 zodat uw liefdegave in het verborgene zal zijn; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden.
Wie zijn linkerhand niet laat weten wat zijn rechterhand doet (vers 4), houdt ook niet bij hoever hij of zij al is.
1 Korintiërs 16: 1 en 2 wijst op het regelmatig geven naar vermogen:
1 Wat nu de inzameling voor de heiligen betreft, moet u het net zo doen als ik het aan de gemeenten in Galatië opgedragen heb.
2 Op elke eerste dag van de week moet ieder van u bij zichzelf iets opzij leggen om op te sparen wat in zijn vermogen is…
Het gaat niet om tien procent! Om hoeveel dan wel? Om alles! Honderd procent. Daar schrikt u misschien van. De Heere wil ons leren om alles, heel ons leven, onze tijd, onze bezittingen, alles aan Hem te geven. Alles is immers van Hem. Haggaï 2:9 zegt het zo: ‘Van Mij is het zilver en van Mij is het goud, spreekt de HEERE van de legermachten.’
In Job 41:2 lezen we: ‘Wat onder heel de hemel is, is van Mij.’
Lucas 14:33 zegt: Zo kan dan ieder van u die niet alles wat hij heeft, achterlaat, geen discipel van Mij zijn.
Denk ook eens aan de ontmoeting van de Heere Jezus met die rijke jongeman. Deze man kwam bij de Heere Jezus en zei dat hij alle geboden onderhield. Zeker gaf hij ook zijn tienden. En wat zegt de Heere Jezus tegen hem als hij vraagt wat hij moet doen om het eeuwige leven te beërven? Verkoop al wat u hebt en deel het uit onder de armen en u zult een schat hebben in de hemel. En kom dan en volg Mij (Lucas 18:22).
Door tienden te geven, kun je die 90 procent voor jezelf houden. De Heere Jezus zegt echter: Verkoop alles wat u hebt. Laat het los. Geldzucht kan je afgod worden die je in zijn greep kan krijgen. ‘Want geldzucht is een wortel van alle kwaad. Door daarnaar te verlangen, zijn sommigen afgedwaald van het geloof, en hebben zich met vele smarten doorstoken'(1 Timotheüs 6:10).
Het zijn de welvaartspredikers die zeggen: ‘Zaai 10 procent van je inkomen in dit deel van Gods Koninkrijk. Het is als het ware Gods investeringsfonds. Het rendement zal groot zijn, Hij zal je rijk zegenen.’
Zo’n boodschap is manipulatie. Zo spreekt het Woord van God niet. Jazeker, Hij zegt Zijn zegen toe, maar dat is geen garantie voor voorspoed en welvaart. Maar wel de vrede van God, Zijn zegen, Zijn aanwezigheid, eeuwig leven. Dat is toch oneindig veel rijker!
‘Heere, hier is mijn leven, mijn alles, het is voor U. Leidt U me maar hoe ik om mag gaan met wat U hebt gegeven en leert U me hoe ik blijmoedig mag geven.’
Dirk van Genderen
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 9:10
Ik dank u Dirk voor dit heldere schrijven… Gods zegen toegewenst om uw trouwe onderwijs!
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 17:05
Dank. Ik heb echter één vraagje: mij lijkt opbrengst de oogst te zijn en niet de winst (oogst min kosten). Waar kan ik zien wat bedoeld wordt?
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 17:42
Van geven word je niet armer; dat blijkt altijd weer. Immers: de zegen des Heeren, die maakt rijk!
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 17:55
Reactie van Dirk van Genderen:
Beste Leo, je hebt gelijk. Ik heb het aangepast, het gaat inderdaad om de opbrengst in Deuteronomium 14:22 en niet om de winst.
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 18:56
Vanaf het eerste moment waarop ik christen werd mocht ik mijn bezit aan de Here toevertrouwen ik ben nooit tekort gekomen.
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 19:39
Maleachi 3 werkt naar twee kanten!! In 1980 was het geld krankzinnig duur. Ik weet niet eens meer precies hoeveel je voor een maandkrediet moest betalen! Ik zat door onvoorziene omstandigheden helemaal aan de grond en ondanks rekenen en nog eens rekenen kwam ik 1000 gulden te kort, zodat ik mijn volgende hypotheektermijn (rente en verplichte aflossing) niet kon betalen. Ik zie het nog altijd als een groot wonder toen ik ‘s morgens een brief van een predikant uit Duitsland kreeg die mijn vrouw en ik wel goed kenden, maar die niets wist van onze omstandigheden op dat moment. De inhoud van de brief luidde als volgt: “Wij zijn dit jaar niet met vakantie geweest en hadden daardoor geld over. Hierbij een cheque voor jullie, groot fl.1000. Ik weet, dat jullie het nodig hebben. Het grootste wonder vond ik dat hij geen duizend Mark stuurde (dat was in die tijd 10% meer, dus fl.1100 gulden zijn geweest) maar exact het bedrag wat wij op dat moment te kort kwamen, fl.1000. Manipulatie??? Kom nou…….
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 19:53
Goedenavond broeder!
Dank je voor de Nieuwsbrief! Fijn om veel dingen te lezen!
Ik vind het jammer dat je steeds weer die de vraag over een gift blijft stellen en dan je banknummer erbij geeft. En zeker na het stukje over de tienden. De Heer Jezus deed alles voor niets!
Het prachtige in de evangeliën is te lezen dat de Heer Jezus nooit iets voor zichzelf vroeg. Hij bezat niets op aarde.
Goede zondag en hartelijke groet!
André van der Beek
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 20:05
Ik hoor elke dag op Family7: wij vinden dat een tiende van u de kerk toebehoort. Fijn dat het nu duidelijk is. In het verleden hoorde ik elke week: u steelt van onze Vader.
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 20:35
Zoals ik Dirk denk te begrijpen en ook persoonlijk denk, is dat in onze tijd aan God geven betekent: jezelf aan God geven, helemaal en zonder voorbehoud.
Wat veel moeilijker is dan maandelijks een som die je makkelijk kan missen.
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 21:55
Gij kunt niet God dienen en mammon.
Zelfs wie werkt in deze wereld om daarvan te leven, moet dat doen voor God en niet voor geld.
In de KJV staat een opmerkelijke tekst Proverbs 28:22 He that hasteth to be rich hath AN EVIL EYE, and considereth not that poverty shall come upon him. [Vertaling: Hij die zich rept om rijk te worden, heeft een boos oog ( = denkt altijd kwaad), en beseft niet dat (geestelijke) armoede hem zal treffen]. Velen jagen hoge opleidingen na om rijk te worden (ook christenen) maar o wee! als God dat toelaat. Vreselijk is het einde dan van zo’n iemand. Want wie geld liefheeft als een christen, is gelijk Judas die zijn Meester voor 30 zilverlingen heeft verkocht!
Dirk, jouw toevoeging sta ik helemaal achter!
Ook dat commentaar kende ik dat je zelf benoemt als dat “er geen historisch bewijs voor deze stelling, hoe aantrekkelijk hij ook klinkt” is!
De mens kan wel denken dat rijkdom hem niets doet, maar het vlees (de oude mens) is nog steeds onderhevig aan de geestelijke wetten van het vlees (zijn oude natuur) en die strijd verliest hij altijd. Zo kan je denken, dat als je uit een vliegtuig springt in de lucht wil en kan blijven, maar de wet van de zwaartekracht zal het altijd winnen. Zelfs vogels moeten moeite doen om in de lucht te blijven en daar overheerst nog steeds de wet van de zwaartekracht. Omdat het Joodse volk Gods uitverkoren AARDSE volk is, zijn dat degenen die in de Bijbel nog rijkdom gegund is. Rijkdom als bijproduct onderweg terwijl je op de weg zit van Gods wil, zie ik nog wel als een mogelijkheid. Maar dan is dat een gave van God die vooral voor het Joodse volk bedoeld is. Zie Prediker 5:18.
San
Geplaatst op zaterdag 16 februari 2019 om 23:26
Laten we maar offeren, datgene wat Hij van ons vraagt mensen. Hij dwingt/eist dit niet op, van niemand onzer. Een blijmoedige gever heeft Hij lief, deze geeft vanuit zijn/haar hart. En over ons geld zullen we goed rentmeesterschap dienen uit te oefenen. Geld, o.a. de giften kun je, tot je eigen ‘polsstok lang is’ uitgeven, dunkt mij.
Nog iets over te betalen heffingen en schattingen, heffingen voor de tempel en voor de keizer.
Van wie heffen aardse koningen belasting? (Matth. 17:24-27), Matth. 22:17 ”Is het geoorloofd…”; Mark. 12:13-17; Luk. 20:20-26, Luk. 22:2 over de keizerbelasting betalen?
En Rom. 13:6-7.
Veel mensen probeerden toen en proberen nu, hun medemens vast of klem te praten. Onze Heer en Heiland der wereld, kreeg het daar ook mee te doen. Toonde toen Zijn kennis wijsheid en ook macht.
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 0:03
Uitgeven aan evangelisatiemateriaal en evangelisten en/of christelijke instanties die goed voor de mensen zorgen en inclusief het evangelie verkondigen…
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 0:21
Jouw korte studie, Dirk, is geheel in overeenstemming met de Schrift.
In onze gemeente leren we de broeders en zusters: geven is een geestelijke zaak. Het is iets tussen jou en de Here. Wij zullen de gemeente dan ook nooit om geld vragen. Als we geld nodig hebben, vragen we het aan de Bezitter van al het goud en al het zilver: de Here Zelf. En Hij zorgt altijd.
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 10:22
Duidelijke bijbelse uitleg. Dank je!
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 10:35
Sjalom Dirk en anderen,
Velen onder ons denken dat tienden alleen maar een geldbedrag of een waarde uitgedrukt moet worden. Er is een zwaar onderbelichte tienden dat is onze tijd die wij van de Eeuwige krijgen. Besteden wij een tiende van onze tijd in dienst van de Eeuwige? Of onbezoldigd in dienst van onze naaste? Zo wordt de tiende in een veel breder perspectief gesteld.
En wat doet de Eeuwige voor ons? Geeft Hij niet alle aandacht naar de mensheid, Zijn schepsels? Is dat niet de volle 100% die Hij aan ons mensen besteed?
Als wij letten op onze mantelzorgers dan geven zij zeer veel aan hen die op hun weg zijn geplaatst. Het merendeel onder hen vraagt er niet om mantelzorger te worden. Het wordt hun gewoon uit respect en liefde voor hun directe naaste ingegeven om zich op te offeren en maximaal in te zetten.
En wat doet de moeder in het gezin? Ook zij besteedt heel veel aandacht aan de opvoeding van haar kleine kinderen. Velen nemen zo snel aan: dat hoort er toch bij? Dat is ook zo en de taak van de moeder is om haar kinderen voor te bereiden op deze zeer hebzuchtige en inhalige maatschappij. Ook zij zoekt, met steun van velen om haar heen naar een gezond evenwicht. Zij moet zich staande weten te houden tegenover de verleidingen die op haar afkomen om “mee te doen” met de wereld rondom haar heen die er op uit is om haar normen en waarden synchroon te laten lopen met de “wereld om ons heen”.
Wij mogen uitzien naar de volle 100% die ons ten deel zal vallen. Aan niets meer enig gebrek en een complete volmaaktheid. De verkrijgingsprijs is al van voor de grondlegging van deze wereld beschikbaar gesteld. Dus als het voor de grondlegging al is gerealiseerd dan zal dat ook na het einde van deze wereld ook van kracht zijn. Het is dus de vraag, of liever de opdracht, aan welke kant staan wij? Schuilen wij bij de Eeuwige en verwachten wij het van Hem alleen?
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 11:23
Als we Hem durven te vertrouwen, ook op financieel gebied, gaan we Hem volgen.
En Hij stelt nooit teleur en voorziet in wat je nodig hebt.
En je vertrouwen groeit en geeft veel vreugde!
Je wordt vaak niet rijk, maar krijgt voldoende.
Ook ik heb zoals André (7) moeite met die bankrekeningnummers onder al die rondzend/nieuwsbrieven!
Soms hebben gelovigen nog flink wat geld op de bank staan en vragen toch om geld!
Maar misschien zit ik fout en wordt het gehele bedrag wat ze op die nieuwsbrieven ontvangen weggegeven!?
Wie zal zeggen!
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 13:34
Geleerd van anderen, kan nooit kwaad: wie ISRAEL zegent (gedenkt met zijn financiën), wordt gezegend! Is ook al jaren mijn persoonlijke ervaring!
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 14:02
@ San, helemaal mee eens! Matteüs 19:24 – Een kameel door het oog van een naald: “Wederom zeg Ik u, het is gemakkelijker, dat een kameel gaat door het oog van een naald dan dat een rijke het Koninkrijk Gods binnengaat”.
Rijkdom is de grote afgod van deze wereld. Dat is niet alleen zo in onze tijd, dat is altijd al zo geweest. De mens vertrouwt maar al te snel op rijkdom om hem te vrijwaren van alle ongemakken en alle onheil dat hem zou kunnen overkomen. Maar “bij zijn dood kan hij niets meenemen, zijn weelde volgt hem niet in het graf” (Psalm 49:18). Rijkdom is op zichzelf geen zonde, maar het maakt de mens te snel blind voor de dingen waar het werkelijk om gaat. En dat is wat Jezus uitdrukt in zijn commentaar op die rijke jongeling waar het hierboven over gaat. Maar hoewel dit beeld enerzijds tot een staande uitdrukking is geworden in onze taal, hebben mensen er anderzijds in alle tijden moeite mee gehad. De toepassing is duidelijk, maar wat is nu eigenlijk de feitelijke situatie die hier wordt beschreven? Concreet: waarom zou je ooit een kameel door het oog van een naald willen wurmen? 😀
Een veel gehoorde oplossing is dat dat ‘oog van de naald’ een nauw stadspoortje, alleen voor voetgangers, zou zijn. Wie daar met een volbeladen kameel zou arriveren, zou het beest eerst volledig moeten afladen voordat het erdoorheen zou kunnen. Zo zou ook de rijke zich eerst moeten ontdoen van zijn ‘last’ aan rijkdom, voordat hij de poort naar het ‘koninkrijk van God’ zou kunnen passeren. Had Jezus zelf niet gezegd: “Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de poort naar het leven, en smal de weg ernaartoe” (Matteüs 7:13-14)? Maar feitelijk is er geen historisch bewijs voor deze stelling, hoe aantrekkelijk hij ook klinkt.
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 15:31
ik ontvang uw nieuwsbrief en ook vandaag wil ik u bemoedigen. Wat erin staat is precies wat Jezus zou willen waarschuwen en bemoedigingen. En ja, God heeft de blijmoedige gever lief!!!!
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 16:09
Laten zij, die rijk zijn, zich niet laten beperken door één tiende te geven. Dat zou wel eens veel meer kunnen zijn. Iemand (en dat ben ik niet) die bijv. 1400 euro netto op zijn rekening krijgt, houdt na alle vaste kosten die steeds hoger worden, niet veel over. Nee, dan niet zeggen: Je moet één tiende geven. De Heer kent de omstandigheden. Hij aanschouwt de moeite die velen hebben, opdat we het in zijn hand stellen.
Geplaatst op zondag 17 februari 2019 om 21:51
Onder het priesterschap van Melchizedek gaf Gods volk de tienden rechtstreeks aan de Heer. In Hebreeën 7 staat dat Christus tienden ontvangt-in de tegenwoordige tijd, niet in de verleden tijd. Wij zijn onder de genade en niet onder de wet, Jezus eist ze niet, maar Hij ontvangt ze! Het geven van tienden begon al voor de wet. Het is een onveranderlijk patroon, dat verbonden is met een onveranderlijk priesterschap. Het levitische priesterschap heeft afgedaan maar het priesterschap volgens de ording van Melchizedek is eeuwig Heb.7:21. God wil onze ziel, geest en lichaam maar ook onze financiën. We weten allemaal dat geldzucht de bron is van alle kwaad. Wat nu als God het grotere (90%) kan zegenen door het mindere (10%). M.a.w. Hij heiligt het geld!! In onze gemeente geeft meer dan de helft hun tienden, van zowel een groot als een klein inkomen. De getuigenissen zijn geweldig. En God zegent en beschermt op een bovennatuurlijke wijze zoals alleen Hij dat kan. Hij zegt niet voor niets beproeft Mij toch daarmee, zegt de Here der heerscharen, of ik dan niet voor u de vensters van de hemel zal openen en zegen in overvloed over u uitgieten (Maleachi 4/10), dit is oud testament inderdaad maar ik zeg u beproef de Here en u zult zien dat deze vers nog steeds actueel is!
Geplaatst op maandag 18 februari 2019 om 11:35
Bedankt Dirk. God geeft alle vrijheid altijd. Als je God wilt ontmoeten zoek zijn Koninkrijk. Pak het Woord (Het Oude en Nieuwe Testament), want het woord is een lamp voor je voeten en een licht op je pad. En als je God liefhebt en je naaste als jezelf, deze liefde door God gegeven en mag met vallen en opstaan. En je vraagt de Heilige Geest in je hart. Dan zie je vanzelf waar je aan geeft en waaraan niet. Het moet niet blindelings aan de kerk gegeven worden. Maar wat God in je hart legt.
Geplaatst op maandag 18 februari 2019 om 13:07
Wat gebeurt er met die gelden die men iedere maand zo ter goeder trouw doneert?
Wie doneert (t.t.z. kan doneren) aan een behoeftig persoon, weet dat zijn geld goed besteed is.
Geplaatst op dinsdag 19 februari 2019 om 11:51
Ik denk dat geven een vorm van aanbidding mag zijn.
Geplaatst op dinsdag 19 februari 2019 om 18:47
Beste Dirk,
Ik heb heel veel moeite met deze manier van schrijven. Veel teksten opzoeken en daar een column aan wijden. Ga ook eens op zoek naar mensen die door hun tienden te geven veel Zegen hebben ontvangen. Ben het dan ook met Henk eens. Geven is aanbidding. Wat is er nu mis mee om aan het begin van het jaar te geven, daar spreekt vertrouwen aan God uit. Want dat is wat er bij velen mist. Vertrouwen op God in alle dagelijkse dingen. Want weet wel door te geven met je hart zal je ook ontvangen niet om zelf meer te hebben maar om nog meer te geven. Dus manipulatie, nee
Ik vind het meer een oproep, geef en weet dat ik jullie God ben ik hou van mijn kinderen en zal je zegenen.
Jij noemt het welvaartsprediking. Dat heb ik veel liever dan doemdenkevangelie. Ik hoop dan ook dat je columns meer uitnodigend worden door Jezus groot te maken dan twist te zaaien over geven
Geplaatst op woensdag 20 februari 2019 om 4:06
Hallo Dirk,
Hoewel ik al een half jaar niet meer op je kolom heb gereageerd, maar het nog wel zo af en toe lees, kan ik me toch geheel vinden in wat Dick onder 25 schrijft, vandaar deze reactie.
Citaat: Ik hoop dan ook dat je columns meer uitnodigend worden door Jezus groot te maken dan twist te zaaien over geven. Waar ik aan toevoegen wil: en andere zaken.
God wil gehoorzaamheid en geen theologische discussie over hoe je Gods geboden niet meer behoeft te gehoorzamen.
Met vriendelijke groet,
Enrique
Geplaatst op donderdag 21 februari 2019 om 10:12
De naam van onze Schepper en Verlosser kan nooit te groot gemaakt worden,
maar onze broeder Dirk zijn hart vloeit over van liefde voor de Heer Jezus, dat is duidelijk.
Een stille waarschuwing tegen welvaart evangelie (dwaalleer) is m.i. in deze tijd niet misplaatst.
Geplaatst op vrijdag 22 februari 2019 om 20:55
Nu 10% geven of meer of minder is goed. Immers wie dat van harte doet als voor de Here, doet daarmee een goed werk en dat zal zich vroeg of laat uitbetalen in terug te ontvangen zegen.
Dirk haalde aan: “Lucas 14:33 Zo kan dan ieder van u die niet alles wat hij heeft, achterlaat, geen discipel van Mij zijn”. Dit gaat veel verder en er zijn maar weinig mensen die dit kunnen vatten en leven. Er is dan ook een verschil tussen gelovige zijn en discipel, tussen iemand zijn van Gods (geestelijke) volk en een kind (zoon of dochter) van God; broe(de)r of zus(ter) van Jezus.
Des te mooier dat wij hier deze oproep kregen! Want zij die wel hun leven hier in de wereld (hun vlees met zijn lusten en begeerten) haten, alles hebben opgegeven, een gekruisigd leven leiden, die kunnen WEL zijn discipel zijn en worden gevormd naar het beeld van de Meester. Namelijk omdat zij, door die overgegevenheid, kracht ontvangen van de heilige geest.
Op die manier wordt je rentmeester van je geld maar ook van je tijd, je lichaam, je gedachten e.d. en laat je je leiden door de heilige geest. Niet omdat het moet maar omdat het mag en je nog maar één ding wil: je hemelde bruidegom behagen in je denken, spreken, doen en dergelijke. Daarmee is je gezindheid volmaakt en kom je erachter dat de uitvoering nog vaak allerbelabberdst is. Laatste houdt je dan mooi op de grond en zorgt er tegelijk voor dat je meer in afhankelijkheid van Hem en dicht bij Hem gaat leven. En met wie je omgaat, ja, daarmee wordt je besmet!
Je gaat dan meer op je Vader en Broer (Jezus) lijken, en krijgt zo familietrekjes, tot lof en een van Zijn naam.