Veel vervolgde christenen leven met de dood voor ogen. Elke dag kan hun laatste zijn. Niet dat ze dat allemaal erg vinden. Hun ziel kan immers niet gedood worden, alleen hun lichaam. Na hun dood zal hun ziel direct bij God in de hemel zijn. Ze beseffen dat ze pelgrims en vreemdelingen op deze aarde zijn. De wereld was hen niet waard, lezen we in Hebreeën 11:38. Je zou kunnen zeggen: Deze gelovigen waren te goed voor deze wereld. Deze zondige wereld verdiende het niet dat zulke mensen op haar leefden.
Voor hen was er geen plaats in deze wereld. Ze leefden, zegt vers 38 ook, in grotten en holen, ze verbleven op bergen en dwaalden rond in afgelegen plaatsen. Dit is heel herkenbaar voor veel vervolgde christenen.
We kunnen zoveel van hen leren, evenals van de apostel Paulus, die je eveneens een vervolgde christen zou kunnen noemen. Op verschillende plaatsen in zijn brieven schrijft hij daarover, zoals in de eerste en in de tweede brief aan de Korintiërs.
Want ik denk dat God ons, de laatste apostelen, heeft tentoongesteld als mensen die ter dood veroordeeld zijn. Wij zijn immers een schouwspel geworden voor de wereld en voor engelen en voor mensen. Wij zijn dwaas om Christus’ wil, maar u bent wijs in Christus, wij zwak maar u sterk, u geëerd, maar wij veracht.
Tot op dit moment lijden wij én honger én dorst, én zijn wij naakt, én worden wij met vuisten geslagen, én hebben wij geen vaste woonplaats, en spannen wij ons in door met onze eigen handen te werken. Worden wij uitgescholden, dan zegenen wij.
Worden wij vervolgd, dan verdragen wij. Worden wij belasterd, dan bidden wij. Wij zijn geworden als het uitvaagsel van de wereld en het afschraapsel van allen tot nu toe (1 Korinthe 4:9-13).
Wij worden in alles verdrukt, maar niet in het nauw gebracht; wij zijn in twijfel, maar niet vertwijfeld; wij worden vervolgd, maar niet verlaten; neergeworpen, maar niet te gronde gericht.
Wij dragen altijd het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt.
Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus’ wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees (2 Korinthe 4:8-11).
Wat een aangrijpende woorden zijn dit! Laten we niet denken dat Paulus een luxe leventje had. De woorden die de Heere over hem had gesproken tot Ananias werden werkelijkheid: Ik zal hem laten zien hoeveel hij moet lijden voor Mijn Naam (Handelingen 9:16).
De gelovigen in de verschillende gemeenten zullen zich afgevraagd hebben waarom Paulus dit alles overkwam. De ene keer zat hij in de gevangenis, een andere keer was hij bont en blauw geslagen. Zijn armen en benen zullen wel eens gebroken zijn geweest, hij zal verwondingen op zijn lichaam gehad hebben na weer een mislukte steniging.
Een voorganger vroeg aan een goede kennis, die ook voorganger was, elke keer wanneer hij hem zag, om voor hem te bidden. Hij vertelde hem dat hij telkens werd aangevallen door mensen die zich christen noemden. Ook ervaarde hij dat de satan hem voortdurend lastig viel. Voor hem was de geestelijke strijd, waarover Efeze 6 spreekt, werkelijkheid.
Na enige tijd vroeg die andere voorganger hem: ‘Ik begrijp het niet dat je altijd maar zulke geestelijke aanvallen te verduren hebt. Je bent één van de vroomste voorgangers die ik ken. Je hebt een intieme relatie met de Heere, je bidt vaak en veel en je bent altijd bezig met Zijn Woord. Waarom zou Hij dit toestaan?’
Terwijl hij hierover nadacht, moest hij opeens denken aan de eerder al geciteerde woorden uit 2 Korinthe 4:10 en 11:
Wij dragen altijd het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt.
Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus’ wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees.
Hij zag het: Omdat het leven van deze voorganger vol was van het opstandingsleven van de Heere Jezus, werd hij dagelijks overgegeven aan de dood, opdat God hem optimaal zou kunnen gebruiken in Zijn dienst. Er mocht niets in zijn leven overblijven wat een verhindering zou kunnen zijn voor het meer en meer zichtbaar worden van Christus in hem. Omdat de satan dat wilde verhinderen was er die geestelijke strijd in zijn leven, maar tegenover God is de satan altijd kansloos. De Heere liet die geestelijke aanvallen toe om er iets heel moois uit tevoorschijn te laten komen.
Dit mag ons bemoedigen om te midden van weerstand en geestelijke strijd op de Heere te blijven vertrouwen. En net als deze voorganger doen we er goed aan medegelovigen te vragen mee te strijden in de gebeden.
Het strijden in de gebeden komen we tegen in Kolossenzen 4:12: Epafras, een dienaar van Christus Jezus en een van u, groet u; in al zijn gebeden strijdt hij voor u en bidt hij dat u als volmaakte mensen en met volle overtuiging zult vasthouden aan alles wat God wil.
In Romeinen 8:36 lezen we: Want omwille van U worden wij de hele dag gedood, wij worden beschouwd als slachtschapen.
Elke dag was Paulus’ leven in gevaar. Elk moment kon hij gedood worden. Zoals slachtschapen bestemd zijn voor de slacht, zo was zijn leven in de ogen van zijn tegenstanders niet kostbaar. Hij verkeerde in gevaar van verdrukking, benauwdheid, vervolging, honger, naaktheid en het zwaard (vers 35).
En ondanks deze gevaren en bedreigingen weet hij zich geborgen in Christus. Hij roept het uit: Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? (vers 35). Hij weet dat Christus Overwinnaar is, en daarom kan hij zeggen: Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, door Hem Die ons heeft liefgehad (vers 37).
‘Heere, schenk mij meer van de onverschrokkenheid van Paulus.’ Wat het hem ook kostte, hij ging door met de verkondiging van het Evangelie.
Velen schaamden zich voor hem en lieten hem in de steek. Wie wil er nu in één adem genoemd worden met iemand die zoveel weerstand oproept. Er is er één, die Paulus apart vermeldt: Moge de Heere het huis van Onesiforus barmhartigheid bewijzen, want hij heeft mij vaak bemoedigd en heeft zich voor mijn boeien niet geschaamd (2 Timotheüs 1:16).
Ziet u hoe belangrijk het is dat we onze vervolgde broeders en zusters bemoedigen! Paulus had dat ook nodig. We bemoedigen hen onder andere door ons niet te schamen voor hun vervolging, voor hun gevangenschap.
Ditzelfde komen we ook tegen in het Bijbelboek Hebreeën, in hoofdstuk 10. Vrijwel zeker is ook deze brief geschreven door Paulus. We lezen in de verzen 33 en 34:
Nu eens werd u zelf door smaad en verdrukkingen tot een schouwspel gemaakt, dan weer deelde u het lot van hen die zo behandeld werden.
Want u hebt ook medelijden gehad met mij, in mijn boeien, en de beroving van uw eigendommen met blijdschap aanvaard, in de wetenschap dat u voor uzelf een beter en blijvend bezit hebt in de hemelen.
Het moet ons niet verwonderen als gelovigen in een kwaad daglicht worden gesteld en zo tot een schouwspel voor de wereld worden gemaakt. Daar worden we in het zogenaamde vrije Westen ook mee geconfronteerd. Het komt voor dat gelovigen publiekelijk te schande worden gemaakt. Laten we meeleven en meelijden met hen die dit wordt aangedaan. Houd er maar rekening dat dit ook ons kan overkomen en wees erop voorbereid door nu al uw vertrouwen voor 100 procent op de Heere Jezus alleen te stellen.
Ook in Filippenzen 1 vertelt Paulus over zijn lijden en over de zegen van zijn gevangenschap. We lezen in de verzen 12 tot 14:
U moet weten, broeders en zusters, dat wat mij is overkomen er juist toe bijdraagt dat het Evangelie wordt verspreid.
Het is iedereen in het Romeinse hoofdkwartier en alle anderen duidelijk geworden dat ik gevangenzit omwille van Christus.
Bovendien durven de meeste broeders en zusters, omdat ze door mijn gevangenschap vertrouwen in de Heere hebben gekregen, de boodschap nu nog onbevreesder te verkondigen.
Wat een onthulling krijgen we hier, een kijkje achter de geestelijke schermen. Wat Paulus overkomt, zijn gevangenschap, draagt bij aan de verkondiging van het Evangelie. Het loopt de Heere nooit uit handen. Zelfs gevangenschap laat Hij meewerken ten goede.
Wat zo bijzonder is: door zijn gevangenschap hebben de meeste broeders en zusters zoveel vertrouwen in de Heere gekregen, dat ze de boodschap van het Evangelie nog onbevreesder verkondigen.
De kerkvader Tertullianus (ongeveer 150-229 na Christus) schreef al in zijn bekende boek ‘Apologeticum’, over de vervolging van christenen: ‘Het bloed van de martelaren is het zaad van de kerk.’ De geschiedenis bewijst dat dit waar is. Overal waar de christenen vervolgd worden, groeit het aantal gelovigen.
Dirk van Genderen
(Dit commentaar is een hoofdstuk uit mijn boek ‘Lessen van de Lijdende Kerk’, ter gelegenheid van de publicatie van de ‘Ranglijst Christenvervolging’ van Open Doors deze week)
Geplaatst op zaterdag 18 januari 2020 om 6:56
Beste Dirk,
Als door de eeuwen heen de satan de mensen heeft nagezeten met leugens, dood en verderf en daartoe de vijanden van satan die de waarheid van God, en de liefde van God liefhadden: Mozes, Daniel, David, Jesaja , Jeremia en de andere Profeten, de 12 apostelen (met Matthias ipv Judas van Isakariot), het volk Israel (de Joden), de apostelen en de Gemeente vervolgd, gemarteld en gedood heeft en nu het bloed van de martelaren, “het zaad van de kerk”, rijkelijk aan het vloeien is, dan leven wij in hele ernstige tijden. Wij kunnen ons niet meer bezig houden met futiliteiten en gekissebis en onderlinge meningsverschillen tot ons hoofdactiviteit opblazen en ons daarmee de hele dag bezighouden. Wij hebben 1 gemeenschappelijke vijand en 1 gemeenschappelijke strijd en 1 gemeenschappelijk doel: het Evangelie van Jezus Christus te verkondigen! Of hebben wij nog tijd voor de laatste mode, moeten wij de nieuwste merk auto op de markt en die wasmachine die mijn buurvrouw heeft, ook willen hebben? Willen wij nog een “feestje bouwen?”, “effe doorzakken voor de gezelligheid vanavond”, “uit ons dak gaan en losgaan?” Willen wij dan nog onze vakantie op de Bahama’s even boeken nog voordat de vliegtuigen straks in de zomer vol zitten? Kunnen wij dan streven naar om onze omzet te vergroten en een groots zakendiner opzetten voor het volledig bedrijf om een nog grotere omzet te halen volgend jaar? Waar zijn de Christenen tegenwoordig mee bezig? Is het dan belangrijk dat wij een “Ichthus-teken” achter op onze auto hebben zitten, als wij onze mond niet gewoon open doen en laten zien in woord en daad dat wij christenen zijn? Is dat niet veel goedkoper, effectiever, sneller, makkelijker, eenvoudiger en zelfs Gods wil om barmhartig te zijn? Of maken wij ons ervan af door een een cheque uit te schrijven met een groot bedrag dat belastingaftrekbaar is bij de fiscus? Als ons geweten maar weer gesust is voor een (korte) tijd, dan kunnen wij gewoon doorgaan met lol te trappen en te “genieten” van het Christenleven want wil God wel dat zo op deze manier leven?
San
Geplaatst op zaterdag 18 januari 2020 om 17:42
Het is waar, dat tegenstellingen in ALLE dingen noodzakelijk zijn, anders kunnen we toch NIETS leren en óók het GOEDE niet kiezen en dus heeft ALLES een reden en bestaat toeval niet. De meeste mensen volgen de filosofieën van de wereld gemengd met Schriftuur. Ik ben in de wereld, maar niet van de wereld. Ik zou hier niet “eeuwig” willen leven, zoals zoveel “rijke” mensen en/of wetenschappers, die denken/geloven dat zij het ‘eeuwige leven’ kunnen ‘kopen’. Het is óók een “geloof”, net zoals vele mensen sporters, acteurs, zangers aanbidden alsof zij “sterren” zijn. Het woord trots heeft géén positieve betekenis, want het gaat samen met arrogantie. De tegenstelling van trots is nederigheid en de tegenstelling van geloof is angst. Het Plan van Vader is wonderbaarlijk en geeft voor iedereen en voor eeuwig de vrije wil en keuze en Satan samen met een aantal dictators gunnen ons geen keuze vrijheid! En dat zal hen een hoge prijs gaan kosten omdat zij liever op het hoge paard willen zitten en op ons neer kijken en ons als slaven willen behandelen. Dat duurt slechts een klein momentje en dan zijn wij Christenen weer Thuis bij Vader.
Geplaatst op zaterdag 18 januari 2020 om 21:10
Het is dit jaar 65 jaar geleden dat God mij in mijn nek greep, door een ontmoeting met en het getuigenis van Anne van der Bijl, om met Hem verder te gaan! Terugkijkend werd mijn leven al vanaf mijn geboorte op bijzondere wijze geleid, alleen “zag” ik dat toe nog niet. Ik werd in 1936 als baby gedoopt in Amsterdam. Mijn doop (NH) betekent voor mij, dat ik vanaf die doopdag in augustus 1936 bekleed ben met Jezus Christus! Ik groeide op in de Amsterdamse Pijp. Elke keer als ik in gevaar was gebeurde er wel iets dat het gevaar werd bezworen. Mijn ouders geloofden wel maar waren meer kerstgangers dan kerkgangers! De kerk heeft mij altijd aangetrokken. Door een katholiek vriendje kwam ik ook wel in de Katholieke kerk. Pas na de oorlog kwam ik op een Christelijke Lagere School in de buurt. De laatste oorlogsjaren was er geen school geopend. In die christelijke school werd een belangrijke basis gelegd door de Bijbelse verhalen, die er dagelijks werden voorgelezen! Ik leefde als kind heel veel op straat. Soms betrap ik me er op dat ik het op mijn oude dag nog niet ben afgeleerd en ben blij dat ik nog dagelijks fiets! Mijn ervaring is, dat mijn leven nog dagelijks wordt geleid en dat ik nog altijd wordt beschermd. Ik zeg wel eens gekscherend, dat mijn beschermengelen hun handen vol hebben aan mij! Ik hoor heel vaak, dat veel mensen en ook veel christenen zwaar moeten lijden. Ik lees dat ook in jouw commentaar, Dirk. Uiteraard hebben mijn vrouw en ik het nodige in ons leven meegemaakt, maar het “lijden” schijnt aan ons voorbij te gaan. Wel is de vraag aan God om Zijn bescherming, voor ons en onze familie, onderdeel van ons dagelijks gebed (stille tijd). Mijn persoonlijke dagelijkse gebeden zijn daarom voor 90% dankgebeden. Ik krijg alles wat ik nodig heb.
Geplaatst op zondag 19 januari 2020 om 9:16
Dirk, het is een stuk met heel veel inhoud. Ik lees vrij veel en er zijn verhalen, waarbij je zit te rillen. Vanaf den beginne tot aan het einde zal er altijd verschrikkingen zijn. Satan en zijn kornuiten doen er alles aan om de kudde van de Grote Herder uiteen te slaan en te vermoorden. Ook de 12 apostelen zijn gedood. Maar zij hadden een groot geheim en dat was, dat er Iemand over hen waakt en meeneemt naar zijn Koninkrijk. Ik griezel van de verhalen van de Holocaust en de slagvelden in Syrie en de omgeving. De moorden op voorgangers, zij die het evangelie kwamen brengen. En ik dank God, dat er steeds weer andere voorgangers zijn en die het overnemen en niet bang zijn voor de dood. Ik bid voor de slachtoffers. Er zijn ook mensen, die op wonderbaarlijke wijze gered worden. Maar we hebben nog heel wat te doorstaan voordat ook wij gered zullen worden van deze aarde.
Geplaatst op zondag 19 januari 2020 om 13:18
Beste broeder Dirk, dank voor het mooie en aanmoedigende artikel, iedere keer opnieuw een verademing te mogen lezen.
Fijn dat je de satan geen grote letter gunt, mij stoort het wanneer dit wel gebeurt.
Geplaatst op zondag 19 januari 2020 om 13:21
Graag zou ik reageren op de woorden van San: Ik denk dat ik de essentie van je wilt zeggen wel begrijp, ik denk alleen dat we tegelijkertijd de “gewone dingen” ook niet helemaal weg moeten poetsen. Wat ik helaas ook wel zie gebeuren bij sommigen. Dat het voor ongeestelijk wordt gehouden waar het gesprek over die dingen gaat. Ik heb een heel gezin. Bijvoorbeeld. Dus is het wel zo fijn als die wasmachine gewoon kan draaien. Dan hoef ik echt geen mooiere dan de buurvrouw, maar ik verdiep me wel in het aanbod en maak dan een zo goed mogelijke keuze. En ben dankbaar als we dit ook “gewoon” kunnen doen. En als ik ook “gewoon” met mensen kan praten over wat wijs is in die aanschaf. Of over andere praktische zaken. Niet dat ikzelf zo’n sprankelend voorbeeld ben van geestelijkheid, maar ik denk wel dat we geestelijkheid ook kunnen oefenen in de praktische dingen van alledag: “En alles wat u doet, doe dat van harte, als voor de Heere en niet voor mensen” (Koll. 3:23). Je aardse situatie is ook van belang bij hoe je je voor God in kunt zetten. Paulus is hier natuurlijk ook duidelijk over.
Geplaatst op zondag 19 januari 2020 om 13:43
Beste vrienden in ‘t geloof, laat tucht en tuchtiging van de Heere ons maar in het gareel houden. Het zal niet goed komen, wanneer het daaraan zou ontbreken. Want dan zijn we bastaards, zegt het woord Gods.
Geplaatst op zondag 19 januari 2020 om 16:41
Beste Dirk,
Even aan kort antwoord op TVB (6) : Ik ben (nog) niet getrouwd. Maar wat ik niet ECHT nodig heb, wil ik ook niet hebben.
Groeten van San
Geplaatst op maandag 20 januari 2020 om 15:09
Even een reactie op TVB: Mooi gezegd, ik ben het met je eens!! Het zijn de kleine dingen, die het doen!
Even een reactie op San Tjoa: Maak je niet te druk over wat anderen fout doen! Zegt Gods Woord niet: “Wat gaat het u aan? Maar gij, volgt gij Mij!”? Daar hebben we onze handen vol aan!
Zijn Zegen toegebeden!
Geplaatst op donderdag 23 januari 2020 om 8:23
Ergens las ik: “je kunt het volledige verhaal van de Vervolgde Kerk niet begrijpen als je alleen schrijft over en luistert naar de verhalen van een paar mensen die gemarteld en op miraculeuze wijze verlost werden. Wij loven God om hen , maar tegenover elk getuigenis van bevrijding staan duizend getuigenissen van volharding. Dat is het ware verhaal. Als je dat niet hoort, zie je niet het grotere plaatje van God Die ons er doorheen helpt. Te veel westerlingen willen uitsluitend horen van verlossing, terwijl ze iets over volharding zouden moeten leren.” Tot zover dit citaat. Wat mij troost, is de belofte uit Jes. 43 : 1-3a en de wetenschap : Ik heb voor u gebeden dat uw geloof niet zal ophouden. We mogen dit nu al leren beoefenen in de kleine en grotere vormen van lijden die we meemaken. Ziende op Jezus!
Geplaatst op donderdag 23 januari 2020 om 18:26
Christenvervolging bestaat al heel lang, wat mij verbaast is, dat het door sommigen wordt ontkend. Zoals bijvoorbeeld van W.O. II v.w.b. de Joodse medemensen. Ik heb recent een boekje gelezen over de genocide van de Armeniërs, dat wordt door Turkije ook niet erkend. Wat mij opviel was, dat dat ook hoofdzakelijk moslims waren, die de christenen vervolgden. Ik moest denken aan IS; het is dus al honderden jaren aan de gang, je zou denken, leert men dan nooit van de geschiedenis? Wij hebben het hier in Nederland nog rustig, maar we mogen inderdaad wel bedenken, dat de satan nog niet uitgeraasd is en naar mijn mening een onverzadigbare honger heeft naar het vermoorden van christenen. Ook het feit dat er nog steeds abortussen worden uitgevoerd is ten hemel schreiend. Ik denk inderdaad dat wij ons moeten verootmoedigen en moeten smeken om genade en om waarschuwende leiders en daar ook onze steun aan geven. Ons land is bijna niet meer christelijk te noemen, komt waarschijnlijk ook door onze goddeloze regering. Als christen probeer je zo goed mogelijk te leven, maar hoe ouder ik word, hoe meer ik ontdek dat ik elke dag tekort schiet. Wij zijn niet beter dan onze vervolgde broeders en zusters, dat moeten wij goed beseffen. Als dat tot ons doordringt is er misschien nog wat te winnen op dat gebied. EN, inderdaad, wij moeten terug naar het Woord van God, want dat is de enige waarheid voor ons leven.