Dirk van Genderen.NL

Columnist, publicist, spreker

Sta op voor Israel, zeker nu! (9 reacties)

Geplaatst op vrijdag 16 augustus 2024, 10:03 door Dirk A A

Iran speelt met vuur door het conflict met Israel op scherp te zetten. Komt er een verwoestende aanval? De leiders van dit land beseffen niet dat ze zich keren tegen de God van Israel. Dit strijd zullen ze altijd verliezen. Of misschien beseffen ze het ook wel, maar laten ze zich leiden door satanische machten. Laten wij als gelovigen meestrijden met Israel, met het Joodse volk. In onze gebeden en door onze stem te verheffen.

Zijn wij machtig? Nee! Hebben wij een leger om in te grijpen? Nee! Hebben wij de middelen om bij de Verenigde Naties te lobbyen voor Israel? Nee!
Zijn wij dan machteloos? Volstrekt niet! Ons staat een machtige Held terzijde. De God van Israel. De komende Messias. De krachtige Heilige Geest.

In deze zin zijn we een machtig leger. Machtig, krachtig in Hem. In Zijn Naam mogen we de strijd aangaan tegen de boze machten in de geestelijke gewesten die zich opmaken om Israel te vernietigen. Maar dat zal niet gebeuren! God zal Zijn volk, dat Hij weer in hun eigen land heeft gepland, het land dat Hij hun Zelf gegeven heeft, nooit meer daaruit laten wegrukken (Amos 9:15).

Een geestelijke strijd
Wat nu gebeurt in het Midden-Oosten is een geestelijke strijd. Een strijd om de macht. De strijd om Israel, om Jeruzalem, om de Tempelberg. Een strijd die ook speelde in de tijd van Nehemia, tijdens de herbouw van de tempel, waarover we lezen in het Bijbelboek Nehemia.

Nehemia krijgt van koning Arthahsasta van Babel toestemming om het in puin liggende Jeruzalem te gaan bekijken en herbouwen. Eerst had hij zich voor de Heere verootmoedigd en de zonden van hemzelf, van zijn familie en van zijn volk beleden.
Wanneer de vijanden van Israel – vertegenwoordigd door Sanballat, de Horoniet, en Tobia, de Ammonitische dienaar – de plannen van Nehemia ontdekken, worden ze razend.
Prachtig is dan de belijdenis die Nehemia uitspreekt: ‘De God van de hemel, Hij zal ons doen slagen en wij, Zijn dienaren, zullen opstaan en gaan bouwen. Maar u hebt geen deel, geen recht, en geen herinnering in Jeruzalem’ (Nehemia 2:20).

Dan begint de herbouw van de stad, evenals ook vandaag de herbouw van het ooit verwoeste Jeruzalem, van heel Israel, nog gaande is. Het werk is al ver gevorderd, maar het is nog niet voltooid.
Als Sanballat hoort dat de muur wordt herbouwd, ontsteekt hij in woede en raakt hij zeer geërgerd (Nehemia 4:1). Hij bespot de Joden. En Tobia, de Ammoniet, valt hem bij.

Nehemia zegt dan: ‘Hoor, onze God, dat wij een voorwerp van verachting zijn en doe hun smaad terugkeren op hun eigen hoofd. (…) Bedek hun ongerechtigheid niet en laat hun zonde niet uitgewist worden voor Uw aangezicht, want zij hebben U getergd tegenover de bouwers’ (Nehemia 4:4 en 5).
De dreiging neemt toe. Tobia, Samballat, de Arabieren, de Ammonieten en de Asdodieten spannen samen om tegen Jeruzalem te strijden en verwarring te stichten.

Bidden en strijden
Het is een vergelijkbare situatie met vandaag. Dreiging en strijd. Verwarring. En wat doet Nehemia, wat doen de Joden? ‘Maar wij baden tot onze God en plaatsten een wacht tegen hen, dag en nacht’ (Nehemia 4:9).
Zelfs de Joden die te midden van hun vijanden wonen, dringen er bij de bouwers op aan om te stoppen met de herbouw van de stad. Maar Nehemia en de bouwers gaan door. Nehemia stelt zwaarbewapende mannen op, met zwaarden, speren en bogen om de stad en de bouwers te beschermen. De bouwers hebben hun zwaard aan hun heup en hun gereedschap in hun hand.

En Nehemia bemoedigt hen: ‘Wees niet bevreesd voor hen. Denk aan de grote en ontzagwekkende Heere, en strijd voor uw broeders, uw zonen en dochters, uw vrouwen en uw huizen’ (Nehemia 4:14).

Als Sanballat, Tobia en Gesem, de Arabier en de overige vijanden horen dat de muur herbouwd is, gaan ze Nehemia vals beschuldigen. Hij zou in het geheim van plan zijn zich tot koning te laten uitroepen. Zijn vijanden beramen een plan om hem te doden, maar de Heere beschermt Zijn knecht.
Dan, na 52 dagen, wordt de muur voltooid. Wat een zegen van God! ‘En het gebeurde, toen al onze vijanden het hoorden, dat alle heidenvolken rondom bevreesd voor ons werden en in hun eigen ogen zeer in achting daalden, want zij wisten dat dit werk van onze God uit gedaan was’ (Nehemia 6:16).
Dit is ook mijn gebed voor vandaag. Dat er een vrees voor God op de vijanden van Israel valt, dat ze Israel niet aan durven vallen.

De vreugde van de Heere is uw kracht
In hoofdstuk 8 lezen we dat Ezra, de Schriftgeleerde, de wet voorleest aan het volk. Het is een heilige dag voor de Heere. Als het volk de woorden van de Heere hoort, begint het volk te huilen. Ezra, Nehemia en de levieten zeggen dan tegen het volk: ‘Rouw niet en huil niet. Wees niet bedroefd, want de vreugde van de HEERE, dat is uw kracht’ (Nehemia 8:10 en 11). Waarna het volk het Loofhuttenfeest viert. Dag aan dag leest men voor uit het boek met de wet van God.

Daarna houdt het volk een dag van vasten en gebed. Ze belijden hun zonden en de ongerechtigheden van hun vaderen en gedenken de wonderlijke leiding van God in de geschiedenis van het volk en danken Hem voor al het goede dat Hij hun heeft gegeven. Het verbond met God wordt vernieuwd.

Met gezang, met cimbalen, luiten en harpen wordt de herstelde muur om Jeruzalem ingewijd. Nehemia stelt twee grote dankkoren op om het volk voor te gaan in dank aan God.
‘Zij brachten op die dag grote offers en waren verblijd, want God had hen in grote mate verblijd, en ook de vrouwen en de kinderen waren verblijd, zodat de blijdschap van Jeruzalem van ver werd gehoord’ (Nehemia 12:43).

In het laatste hoofdstuk van dit Bijbelboek beschrijft Nehemia het herstel van allerlei misstanden onder het volk, om het volk te reinigen en heilig (afgezonderd van de heidense volken) voor God te stellen.

Ook nu…
In 52 dagen werd de bouw van Jeruzalem voltooid. De God van hemel deed het de bouwers gelukken.
Ook nu wordt er gebouwd in Jeruzalem, in Israel. Al meer dan honderd jaar, sinds de terugkeer van Joodse mensen vanuit de wereld naar Israel op gang begon te komen. Maar de haat van de tegenstanders is onverminderd groot, net als in de dagen van Nehemia. Ook nu wordt er tegelijk gebouwd en verdedigd.

De haat tegen het Joodse volk is een haat tegen de God van het Joodse volk. En zoals God ten dage van Nehemia streed voor Zijn volk, zo zal Hij dat nu ook doen. De vijanden zullen het niet winnen, hoewel ze als een razende tekeer gaan.

Het is een voorrecht, beste mensen, dat wij mee mogen strijden aan de herbouw van Israel, van Jeruzalem en van het Joodse volk. Het is Gods bouwwerk. Hij heeft een plan met het herstel van Israel. Het loopt uit op de terugkeer van de Heere Jezus uit de hemel naar Jeruzalem, om Zijn rijk van vrede en gerechtigheid op te richten. De voorbereidingen daarvoor zijn in volle gang, vandaar ook dat de strijd ertegen toeneemt.

En hoe kunnen wij mee bouwen? Op de knieën, maar ook door daadwerkelijk naast het Joodse volk te gaan staan, het te steunen, te troosten, te bemoedigen.

En tegen allen die wellicht tegenwerpen: ‘Wat zie ik vandaag van God in Israel, het volk is toch een zondig volk, net als alle andere volken?’, zeg ik: Zeker, er is veel zonde en ongerechtigheid onder het volk Israel. Maar toch is het een onverklaarbaar wonder van God dat dit volk zoveel eeuwen van lijden en vervolging heeft overleefd en weer terug komt in het eigen land. Het herstel is aanvankelijk in ongeloof, zegt Ezechiël 37. Maar vol verwachting mogen we uitzien naar het moment dat God de Geest in het volk zal zenden, Zijn Geest, zoals Ezechiël 37 ook voorzegt.

Sta op uw post, zwijg niet…
Onder de volken heerst een geest van verblinding, evenals onder veel christenen. Een verblinding die resulteert in een afwijzing en veroordeling van Israel. Het is ook een ontwikkeling die moet gebeuren, de profeten voorzeggen het. Maar dat wil niet zeggen dat wij dan maar met de armen over elkaar toe moeten kijken hoe dit zich verder ontwikkelt.
Juist onze steun aan Israel – en vergeet daarbij de Messiasbelijdende Joden niet – kan het Joodse volk tot jaloersheid verwekken. Waarom doen die christenen dat?

Daarom: Juist nu heeft Israel, heeft het Joodse volk, onze steun en onze gebeden nodig. Sta op uw post! Zwijg niet.

‘Omwille van Sion zal ik niet zwijgen,
omwille van Jeruzalem zal ik niet stil zijn,
totdat haar gerechtigheid opkomt als een lichtglans,
en haar heil als een brandende fakkel’ (Jesaja 62:1).

‘Op uw muren, Jeruzalem, heb Ik wachters aangesteld.
Nooit zullen zij zwijgen, heel de dag en heel de nacht niet.
U die het volk aan de HEERE doet denken,
gun u geen rust.
Ja, geef Hem geen rust,
totdat Hij Jeruzalem gegrondvest heeft
en gesteld heeft
tot een lof op aarde’ (Jesaja 62:6 en 7).

Dirk van Genderen

9 Reacties

  1. Henk zegt:
    Geplaatst op zaterdag 17 augustus 2024 om 17:49

    Bidden voor de bekering van Jood en Griek is het belangrijkste wat we doen kunnen! Verder luisteren wat Jezus over het laatste der dagen heeft gezegd, en ons niet laten misleiden door satanische machten. Als Jezus terug komt regeert Hij niet vanuit het heidense Jeruzalem, lees de bijbel er maar op na.

  2. Lenie Sneek zegt:
    Geplaatst op zaterdag 17 augustus 2024 om 20:13

    Hartelijk dank, Dirk, voor dit commentaar. Op de knieën en zo Israël TOT steun zijn. Fijn dat de Heer ons zo kan gebruiken, ongeacht de leeftijd. En zijn we stram en kunnen we niet meer op de knieën? Ik denk dat de Heer er geen moeite mee heeft als we zittende bidden.

  3. Tjitze Koster zegt:
    Geplaatst op zondag 18 augustus 2024 om 16:13

    God zal zijn oogappel Israel beschermen. Laten we als land en individueel achter Israel blijven staan.
    En alles wat Israel doet is niet goed, bid om vergeving voor de zonden van Israel maar ook voor onze persoonlijke zonden. Besef dat we door genade gered zijn.

  4. Arja Mourik-Slagboom zegt:
    Geplaatst op zondag 18 augustus 2024 om 20:31

    De Heere zal Zijn volk niet eindeloos kastijden, maar zal Israël en allen die Zijn verschijning lief hebben, straks op de tijd die de Heere alleen weet, brengen in het Jeruzalem hierboven. Om eeuwig herenigd met Hem te zijn. Troost, Troost, zo zal ulieden God zeggen. Troost naar het hart van Jeruzalem, alleen uit genade, om Jezus wil. Amen.

  5. Arja Mourik-Slagboom zegt:
    Geplaatst op maandag 19 augustus 2024 om 8:26

    Gebed voor het volk Israël en voor ons allen.
    Is Israël in nood, er zal, ja, er zal verlossing komen. Zijn goedheid is zeer groot. Hij maakt op hun gebeden gans Israël eens vrij van ongerechtigheden, zo doet Hij ook aan mij.

  6. Troost Mijn Volk zegt:
    Geplaatst op maandag 19 augustus 2024 om 12:35

    Sjalom Dirk en anderen,

    Nergens lezen wij dat Hamas opkomt voor de Palestijn. Zij hebben daar totaal geen visie op, sterker nog, zij misbruiken de Palestijn om zich in te zetten om Israël te vernietigen. Als hun missie geslaagd is zullen zij niet ophouden. Dan zullen de christenen eraan moeten geloven.

    Hoe sta ik daarin als Jood? Het erfdeel hebben wij om niet gekregen van de Eeuwige om daar als rentmeester het te bewerken en te bewaren. Wij moesten er wel strijd voor voeren. Dat is onder Jozua grotendeels tot uitvoering gekomen en gelukt. Vijandige elementen, die met goede bedoelingen hun amuletten en afgodsbeeldjes introduceerden hebben wij toegelaten. Het land werd opnieuw verontreinigd. De vele “bodemschatten” in Israël zijn mini afgodsbeeldjes die tentoongesteld worden in musea. Het antwoord van de Eeuwige is niet mis: tijdelijke ballingschap uit het beloofde land door verkeerd rentmeesterschap, het toestaan en toelaten van afgoden. Geen invloed van buitenaf. Wel invloed van bovenaf door te gehoorzamen aan de eeuwige. Meer was niet nodig.

    Het land was verbeurd verklaard, niet door de mens maar door de Eeuwige zelf. Terugvechten? Nee, ga het maar terugkopen. Het gehele land is teruggekocht van de niet oorspronkelijke tussentijdse bewoners die daar geld voor vroegen. Een blamage? Ja, dat was het zeker. Als het geld kost leert men blijkbaar veel sneller. De troostende bemoediging voor de komende generatie is dat bij het splijten van de Olijfberg de landsgrenzen met slechts 2400 kilometer worden uitgebreid. Er is dus genoeg ruimte over om als Jood je te mogen vestigen in het Beloofde Land waarin de Messias als koning van Israël zal regeren. Onder koning David en Salomo was het zeer groot. Dan zal het een wettelijk erfdeel worden door de herschepping van de nieuwe landsgrenzen van Israël.

    Het is de Eeuwige die dan in oogwenk alle Joden thuis zal brengen in ons vaderland. Daar zullen zij in de directe nabijheid verkeren van de Messias Die hun Koning zal zijn. Alle aardse bezittingen zullen niet opwegen tegenover het wonen onder de bescherming van onze Koning en Messias Yeshua.

  7. Simon zegt:
    Geplaatst op maandag 19 augustus 2024 om 19:06

    Beste Dirk, hoewel Gods trouw aan Israel eeuwig en onvoorwaardelijk is, is het toch ZJN Wens dat dat wij als Christenen uit de heidenen voorbede doen voor ZJN volk en de vrede van Jeruzalem. Helaas hoor ik vele voorgangers bidden voor ‘al die dooie kindertjes’, maar ze weigeren om iets ten gunste van Israel te vragen, zowel voor het volk als het land, ja, zelfs Israel nog te noemen! Ook zien we een opleving en sterk verlangen naar de wederkomst van onze HEER JEZUS, met name in Israel. Maar, o wat worden wij en zij duidelijk gewaarschuwd: Let op, eerst moet de mens der wetteloosheid zich openbaren en op ontstellende wijze verderf stichten, en deze schijn-Christus zal door de Here zelf in zijn kraag gegrepen worden en met hem de valse profeet.

  8. Ton Nuiten zegt:
    Geplaatst op woensdag 21 augustus 2024 om 2:19

    In Ezechiël 37 lezen we over het herstel van Israël. De gelijknamige profeet kreeg van God opdracht om in het dal tot de dode beenderen te profeteren. Die voegden zich aaneen, er kamen spieren en huid overheen en werd zo tot een groot leger. Wát we hier lezen, is het herstel van Israël tijdens en vlak na het einde van de Babylonische Ballingschap. De alinea “…want wie u aanraakt, raakt Zijn oogappel aan…” moet dan ook in die context gelezen worden. (Zacharia 2:6-9) Wat dus zeggen wil dat die profetie vlak na het einde van de Babylonische Ballingschap vervuld werd; dus kan die niet op het huidige Israël worden toegepast.

    In Ezechiël 37:15-23 lezen we over de eenwording van Juda en Israël (de tien stammen). Die waren na de zondeval van koning Salomo waardoor de HEERE op hem vertoornd geworden was, verdeeld geworden. (1 Koningen 11:9-13) In Jeremia 31:31-34 lezen we dat God met Israël en Juda ooit eens een nieuw verbond zou sluiten. Daar dit met zowel Juda als Israël zou gebeuren, betekent dit dat, wanneer dit verbond gesloten zou worden, beide volken weer één zouden zijn. Dit Nieuwe Verbond (wat door de Heere Jezus tot stand gebracht werd), werd door Zijn dood en opstanding ingeluid en de vervulling ervan lezen we in Hebreeën 8:8-13. Daarmee was het Oude Verbond voorgoed verouderd en had dit geen waarde meer.

    Om specifiek te zijn, de Heere Jezus sloot dit Nieuwe Verbond eerst met Zijn discipelen/apostelen. In Handelingen 2 werd met de door Jezus beloofde Heilige Geest die op de apostelen neerdaalde, ook de Kerk geboren. Die was uit het oude Israël, wat nu voorgoed afgedaan had, voortgekomen. Om die reden is de Kerk nu de enige uitverkorene.

    Of ook het huidige Israël hier een plaats in heeft? Dat kan pas als het (net zoals wij dit nu al hebben gedaan) een keuze voor de Heere Jezus Christus zal maken; dan wordt ook dit aan de Kerk toegevoegd.

  9. Esther de Vries zegt:
    Geplaatst op vrijdag 23 augustus 2024 om 14:04

    Hallo Dirk…

    Dirk je hebt mooie bemoedigende stukken om te lezen, maar soms is er wel eens een andere mening.

    Het klinkt misschien vreemd, ik geniet altijd als we lezen over de trouwe geloofshelden van uit de Bijbel.
    Alleen zal ik het persoonlijk zelf nooit doortrekken naar het Israël van nu.

    Bidden ja, dat wordt regelmatig zeker gedaan voor veel landen waar oorlog is.
    Logisch dat wij dan ook voor de Palestijnen en voor Israël bidden.
    Voor Rusland en de Oekraïne. Enz. enz.

    Alleen geeft ik Israël bepaald geen voorkeursbehandeling.

    De gelovige broeders en zusters in de Heere Jezus, ja zij krijgen toch wel zeker voorrang in de gebeden.
    De gelovigen in Israël… zij hebben het zeker niet makkelijk.
    Om hun Messias Jezus te aannemen … is bij vele anderen een gruwel.
    Veel tegenwerking van hun eigen mensen. Dan ook nog oorlog.

    Kunnen we vergelijken met een Moslim/Islam… ook een strijd zodra iemand tot geloof in de Heere Jezus komt.

    Door de eeuwen heen, willen velen van het volk Israël de Heere Jezus nooit/niet erkennen als hun Messias.
    We mogen zo dankbaar zijn, dat er steeds weer een overblijfsel is, door de eeuwen heen, die wél bij God en de Heere Jezus horen.

    1 Korinthiërs 10 : 1-13, zou voor ons een enorme waarschuwing moeten zijn.
    Dáár werd toch ook niet ieder gered.

    Zou God dan nu ineens anders denken… erger nog… een ieder die de Zoon van God en Zijn bloed als redding … vertrappen en bewust niet aannemen…

    Israël is daar als enorme waarschuwing voor ons… om juist het verkeerde níet te doen.

    Ook bij de heidenen, is het precies hetzelfde. Altijd weer een overblijfsel.

    Als we het hebben over gebed, dan zeker óók voor Iran, de Heere wil dat ook zij, gered worden.
    Er is dus nog genoeg te bidden… voor al die mensen.

    Dirk, Vaders zegen ook voor je gezin.
    En hartelijke groeten, Esther.

Laat een reactie achter

0 / 350 woorden