Nuchter en waakzaam

Kan het zijn dat we meer gespitst zijn op allerlei ‘eindtijd-ontwikkelingen’ dan op de Heere Jezus? Ik ontmoet ze regelmatig, oprechte, diepgelovige broeders en zusters, die bijna alleen maar met de eindtijd bezig zijn. Dan denk ik wel eens en ik zeg dat ook: ‘Zeker, de tijden zijn ernstig, de komst van de Heere Jezus is aanstaande, maar wij weten niet hoelang het nog duurt. Zolang Hij nog niet gekomen is, kunnen er nog mensen gered worden, uw man misschien, uw vrouw, uw kind, uw kleinkind… (2 Petrus 3:9). Zie maar veel op de Heere Jezus. Hij geeft rust en vrede in een onrustige wereld. We hoeven ons geen zorgen te maken, Hij zit op de troon en zal ook voor u zorgen, voor Zijn gemeente en ook voor Israel.’

Ondertussen worden we wel opgeroepen om waakzaam en nuchter te zijn. Deze oproep komen we telkens opnieuw in de Bijbel tegen. Veel medebroeders en – zusters zijn in slaap gevallen en beseffen de ernst niet van de tijd waarin we leven. Mattheus 24:42 zegt: ‘Wees dan waakzaam, want u weet niet op welk moment uw Heere komen zal.’

Het is een oproep om wakker te blijven, geestelijk, omdat we niet weten wanneer de Heere Jezus komt. Letterlijk betekent het woord ‘waakzaam’ hier waken, de ogen openhouden, opletten. Pas op dat uw geloof niet lauw wordt, dat u zich te veel gaat richten op de dingen van deze wereld. Op een dag is het echt zover. Dan gaat de hemel open, dan komt Hij. Zijn we er dan klaar voor om Hem te ontmoeten?
Het prachtige lied 490 uit de bundel van Johannes de Heer zingt hiervan: ‘Als ‘t bazuingeschal des Heeren klinkt, en Jezus’ komst is daar… zijt gij dan voor Zijn komst bereid?’

Hier komt nog iets bij: het is toch ook tot eer van Hem als Hij ons op die dag wakend zal vinden. Vergelijk het met een bruidegom die zijn bruid op komt halen, en dan ontdekt dat ze gewoon aan het werk is en niet voor hem klaarstaat in haar bruidsjurk.
Stel je voor dat je geestelijk slaapt of geniet van de zonden van deze wereld als het moment daar is dat de Heere Jezus er opeens is. Daarom mag het ons gebed wel zijn: ‘Heere, houd ons vast, houd onze ogen, ons hart op U gericht, in de voortdurende verwachting van Uw komst.’

Behalve waakzaam moeten we ook nuchter blijven. Op diverse plaatsen in de Bijbel worden we hiertoe opgeroepen.
Onze zoektocht naar de Bijbelse betekenis van het woord nuchter, brengt ons bij 1 Thessalonicenzen 5:6 – ‘Laten wij dan niet, evenals de anderen, slapen, maar laten wij waakzaam en nuchter zijn.’
Val niet in slaap, geestelijk, maar wees waakzaam en nuchter, met het oog op de tijd waarin we leven. En als medebroeders en -zusters in slaap zijn gevallen, schud ze maar wakker. Spoor hen aan zich te verdiepen in het profetische Woord en de komst van de Heere Jezus te verwachten.

In het woord nuchter klinkt ook de betekenis zelfbeheersing door. Beheers je lichaam, je denken, je gedrag. Blijf met je beide benen op de grond staan als het gaat over de komst van de Heere Jezus. Laat je hoofd niet te snel op hol brengen door weer een nieuwe leer, maar toets alles aan Gods Woord. Ook als het over de eindtijd gaat, zijn er veel dwaalleraars actief. 1 Johannes 4:1 zegt zo terecht: ‘Geliefden, geloof niet elke geest, maar beproef de geesten of zij uit God zijn; want er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan.’

Twee verzen verder, in 1 Thessalonicenzen 5:8, komen we het woord nuchter opnieuw tegen: ‘Maar laten wij, die van de dag zijn, nuchter zijn, bekleed met het borstharnas van geloof en liefde, en met de hoop op de zaligheid als helm.’

Laten wij nuchter zijn, zegt ook dit vers. Paulus spreekt hier tot de gelovigen in de gemeente van Thessaloniki. Ook wij behoren nuchter te zijn, vol van geloof, hoop en liefde. Als ongelovigen onze samenkomsten binnenstappen, onze gesprekken horen, proeven ze dan deze nuchterheid in wat we zeggen? Dat is belangrijk hoor. En zeker, ik weet het, een natuurlijk mens begrijpt de dingen van God niet, maar toch…

Ook in 2 Timotheüs 4:5 komen we nog een keer het woord nuchter tegen: ‘Maar u, wees nuchter in alles. Lijd verdrukkingen. Doe het werk van een evangelist. Vervul uw dienstwerk ten volle.’
Het woord nuchter heeft hier de betekenis van vrij zijn van overdrijving, verwarring en geestvervoering, opgewondenheid, overspanning.

In 1 Petrus 1:8 komen we het woord nuchter opnieuw tegen. ‘Omgord daarom de lendenen van uw verstand, wees nuchter en hoop volkomen op de genade die u gebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus.’
Dronkenschap kwam in die dagen veel voor. Wie dronken is, kan niet helder meer denken en heeft een onzekere gang. Blijf daarom nuchter. Dit geldt ook geestelijk. Gelovigen moeten nuchter zijn, hetgeen wijst op geestelijk onderscheidingsvermogen, helder en doordacht in woord, gedrag en oordeel.
Dit is een oproep, een opdracht. Alleen nuchter kunnen we klaar zijn voor de komst, de openbaring van Jezus Christus en tegelijk staande blijven in deze eindtijd.

‘Wees nuchter en waakzaam; want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden,’ lezen we in 1 Petrus 5:8.
De satan wil ons in slaap sussen, ons angst aanjagen, ons aanvallen, ons afleiden van de Heere Jezus. Blijf daarom nuchter en waakzaam, elke dag en zeker ook als het gaat over de aanstaande wederkomst van de Heere Jezus. Blijf dicht bij de Heere Jezus, wandel met Hem. Schuil bij Hem, in Zijn schuilplaats, bekleed met de geestelijke wapenrusting, om staande te kunnen blijven tegen alle aanvallen van de duisternis.

De Heere Jezus geeft Zelf aan dat niemand de dag en het uur weet van Zijn wederkomst, dan de Vader alleen (Mattheus 24:36). Laten we maar bescheiden blijven als het gaat over de precieze invulling van de route naar de wederkomst van de Heere Jezus. Hoe nodig is het dat we ons hierin laten leiden voor Gods Woord en door de Heilige Geest.
Ik vermoed dat we allemaal verbaasd zullen zijn als het zover is en zullen ontdekken dat het toch heel anders gaat dan we ons hadden voorgesteld.  

Soms brengen wij onze overtuigingen, onze eigen conclusies over de tijd waarin we leven te snel als de absolute waarheid. Als blijkt dat het toch niet zo verloopt als wij hadden beweerd, zijn we dan ook zo moedig om later te erkennen dat we ernaast zaten? Ik kan u wel vertellen dat weinigen, zeer weinigen dat doen. Dat gaat immers ten koste van onze naam. Wat zou het heilzaam zijn om dat toch maar wel te doen.

Ook ik heb in het verleden weleens te veel mijn eigen mening verkondigd als Gods waarheid. Over Israel, over de eindtijd, en misschien nog wel over andere zaken, waar ik mijn excuses voor aanbied. Ik ben aan het leren, door Gods genade, om milder te zijn en me meer te laten leiden door Gods Woord en door Zijn Geest.

We mogen de Heere wel om wijsheid bidden, om ons te leiden in hoe we de dingen het beste kunnen zeggen of schrijven. Zijn we volledig gericht op de opbouw van de gemeente van de Heere Jezus, op de verkondiging van het Evangelie en op Zijn eer en de glorie? Blijf waakzaam en nuchter!

Laten we maar wat meer bescheiden zijn. Er is er maar Eén Die precies weet hoe alles zal gaan en hoe dat past in de ontwikkeling richting de wederkomst van de Heere Jezus. Niemand van ons, ook niet de meest geleerde, komt ook maar enigszins bij Hem in de buurt. Laat het ons altijd gaan om Zijn eer en Zijn glorie. Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen!

En eenmaal breekt die dag aan dat het echt zover is, waar al Gods kinderen in vroegere tijden en ook vandaag naar hebben uitgezien en naar uitzien. Dan gaat de waakzaamheid en het nuchter-zijn over in het zien van de Heere Jezus.
1 Johannes 3:2 zegt het zo prachtig: ‘Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want we zullen Hem zien zoals Hij is.’

En wat een rijkdom, dan zullen we ten volle mogen delen in Zijn heerlijkheid: ‘Wanneer Christus geopenbaard zal worden, Die ons leven is, dan zult ook u met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid’ (Kolossenzen 3:4). Wat een dag zal dat zijn!

Dirk van Genderen

(Vanwege een acute hernia was ik een aantal weken niet in staat een nieuw commentaar te schrijven. Gelukkig begint het nu iets beter te gaan, waarvoor ik de Heere zeer dankbaar ben. Deze bijdrage schreef ik afgelopen zomer voor Het Zoeklicht).